Waarom stoort U mij, God?

19

mei

Corline Hoefnagel

Deze ochtend gaat de wekker vroeg. Ik sleep mezelf uit bed, prop een boterham in mijn mond en terwijl ik mijn tanden poets, staat Hij ineens naast me. “Mag Ik je even komen storen?” Vraagt Hij. Ik schud mijn hoofd, duw Hem aan de kant en ren de voordeur uit. Helaas mis ik de bus bij de bushalte, dus wacht ik op de volgende bus en daar komt Hij weer aanlopen. “Mag Ik je nu dan even storen?” Vraagt Hij. Ik zucht. “Nee”, zeg ik. “Ik heb even geen zin.” Een paar uur later loop ik door de hogeschool. Wacht even… staat Hij daar nou weer? “God, waarom stoort U mij steeds?” Zeg ik geïrriteerd. “Wat wilt U van me?”

Een inquisiteur ontmoet Jezus

Deze vraag komt ook terug in het verhaal van Fjodor Dostojevski. Hij is een bekende Russische literatuurschrijver. Ooit schreef hij over een inquisiteur (iemand die ketters liet oppakken en over hen rechtsprak) die Jezus ontmoette.

In dat verhaal bezoekt Jezus voor een kort moment de aarde. En het lijkt net alsof Jezus zijn werk van 1500 jaar geleden gewoon weer oppakt. Overal waar Hij verschijnt, verdwijnt de angst van de gezichten. Mensen verzamelen zich rondom Hem vol verwachting. Een blinde wordt ziende en een zevenjarig meisje wekt Hij op uit de dood.

Maar de inquisiteur voelt meteen de bedreiging. Hij ziet hoe Jezus de maatschappij totaal ontregeld en de macht van de kerk doet wankelen. Daarom geeft hij opdracht om Jezus te grijpen en in de gevangenis op te sluiten.

Midden in de nacht bezoekt hij Jezus in zijn cel. Urenlang spreekt hij zijn beschuldigingen tegen Hem uit. En al die beschuldigingen komen samen in die ene vraag: “Waarom bent U ons komen storen? U loopt ons voor de voeten. Morgen zal ik U op de brandstapel laten verbranden als de ergste ketter.”

De zoen van Jezus

Al die tijd dat de inquisiteur sprak, heeft Jezus gezwegen. Niets zegt hij als antwoord op alle beschuldigingen. Maar net als de inquisiteur wil vertrekken, komt Jezus ineens naar hem toe… en kust hem op de mond. De man huivert, hij opent de gevangenisdeur en roept: ‘Ga weg en komt niet meer terug… kom beslist niet terug…. nooit, nooit meer!’ Zo laat hij Jezus vrij. De kus brandt na in zijn hart.

Jezus kwam storen

In de tijd dat Jezus écht nog op aarde rondliep, vonden de Joodse machthebbers ook dat Jezus hen kwam storen. Dat was de uiteindelijke reden waarom Jezus werd opgepakt. Ze moesten van Hem af. Hij vormde een bedreiging.

De overpriesters dan en de Farizeeën riepen de Raad bijeen en zeiden: ‘Wat doen we? Want deze Mens doet vele tekenen. Als wij Hem zo laten begaan, zullen allen in Hem geloven, en de Romeinen zullen komen en onze plaats en onze natie van ons wegnemen.”
– Johannes 11: 47-58, HSV

Het volk moest weer tot rust worden gebracht. Ze moesten weer gaan luisteren naar hen, de Joodse Raad. Zo gezegd, zo gedaan. Met behulp van verrader Judas wordt Jezus opgepakt. Jezus luistert naar de beschuldigen van de Raad. Hij laat zich overleveren aan de Romeinen. En als de Romeinen Hem pesten, als ze Zijn baard uittrekken, als ze Hem schoppen in Zijn buik, verdedigt Hij zichzelf niet. Hij laat zich zelfs gewillig vastspijkeren aan het kruis.

Jezus’ antwoord

Maar dan gebeurt er iets. Met Zijn laatste ademteug doet Jezus iets wat niemand ooit verwachtte. Met Zijn laatste krachten zoent Hij de wereld. Zoent Hij de mensenkinderen, de overtreders en de onwetende omstanders.

Dat is het antwoord wat Hij gaf op onze weerstand, op ons ‘Waarom komt U ons storen, God?’ Hij wilde ons storen, omdat Hij onze wonden wilde kussen, zoals een moeder een kus drukt op de schaafwond van haar kind. Hij kwam om ons hart te zoenen, de stoffigste, geheimste en vieste plekken van ons leven, onze pijnlijke herinneringen, onze ziekten, maar vooral onze verloren ziel. Jezus wil ons verzoenen met Hemzelf.

Verzoenen

Het woord verzoenen betekent letterlijk ‘wegzoenen’. Op het moment dat Jezus Zijn leven gaf, drukte Hij eigenlijk een kus op de mond van deze wereld en zo zoende Hij de schuld weg.

“Mag Ik je even komen storen?” Het is al laat als Hij weer voor mijn neus staat. “Ik heb de hele dag op je gewacht. Ik wil je alleen maar vragen of Ik je mag verzoenen? Wil je de Mijne zijn? Leg je hand in Mijn hand. Dan zal je niet verloren gaan, maar dan zal Ik je op een dag thuis kussen.”

Aan de slag!

Luister naar het lied Friend

How I long for your love                                          Wat verlang ik naar Uw liefde

I am desperate for your touch                                 Ik zoek wanhopig naar Uw aanraking

I don’t wanna to take a step without you                Ik wil geen stap zonder U zetten

I don’t wanne waste a breath without you              Ik wil geen adem zonder U verspillen

Friend- Jon Guerra

Naar: De Grootinquisiteur van Sevilla – Fjodor Dostojevski

Deel deze overdenking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap