Sta stil en kijk om je heen

18

jul

Anne-Saar Kunz

Hebben we nog tijd om stil te staan? Ik vraag het me soms weleens af. Ruim een jaar geleden werden we letterlijk stilgezet door de wereldwijde corona-pandemie. We konden niets meer, we leefden van persconferentie naar persconferentie en ons leven werd gereduceerd tot een kleine bubbel. We werden stilgezet. Maar hoe is het toen verder gegaan? Staan we nog weleens stil? En ik bedoel daarmee niet per se dat je een jaar er tussenuit moet gaan of dat je hele weken vakantie op moet nemen. Maar, staan we in ons dagelijks leven wel eens stil om te zien wat we onderweg eigenlijk allemaal tegenkomen?

Ik denk dat soms even stil staan best heel waardevol kan zijn. Even de tijd nemen om om je heen te kijken, om bijvoorbeeld te zien wie er wel een extra bemoediging kan gebruiken. Soms merk ik bij mezelf dat we zo gefocust zijn op doelen halen, onze eindbestemming halen. Maar wat komen we onderweg eigenlijk allemaal niet tegen?

Stil staan onderweg. Ik verzin het niet zelf. Nee, ik ben geïnspireerd door Johannes en Petrus. Als je Handelingen 3 leest dan val je gelijk in een verhaal. Lees maar mee.

Op een dag gingen Petrus en Johannes zoals gewoonlijk omstreeks het negende uur naar de tempel voor het namiddaggebed. Men had ook een man die al sinds zijn geboorte verlamd was naar de tempel gebracht; hij werd daar elke dag neergelegd bij de poort die de Schone heet, om te bedelen bij de bezoekers van de tempel. Toen hij zag dat Petrus en Johannes de tempel wilden binnengaan, vroeg hij om een aalmoes. Petrus richtte zijn blik op hem, evenals Johannes, en zei: ‘Kijk ons aan.’ De bedelaar keek naar hen op, in de verwachting iets van hen te krijgen.
Maar Petrus zei: ‘Geld heb ik niet, maar wat ik wel heb, geef ik u: in de naam van Jezus Christus van Nazaret, sta op en loop.’ Hij pakte hem bij zijn rechterhand om hem overeind te helpen. Onmiddellijk kwam er kracht in zijn voeten en enkels. Hij sprong op, ging staan en begon te lopen. Daarna ging hij samen met hen de tempel binnen, lopend en springend en God lovend. Alle tempelbezoekers zagen hem lopen en hoorden hem God loven. Ze herkenden hem als de bedelaar die altijd bij de tempelpoort had gezeten en waren buiten zichzelf van verbazing over wat er met hem was gebeurd.”
– Handelingen 3: 1-10 (NBV)

Het verhaal begint eigenlijk heel gewoon. Petrus en Johannes waren zoals gewoonlijk onderweg naar de tempel. Ze hadden een doel namelijk een bezoek aan de tempel en ze waren daar naartoe onderweg. Je kan het een beetje vergelijken met onderweg naar school, werk of juist weer naar de kerk op zondag. Petrus en Johannes waren onderweg. En toen ze er bijna waren, vroeg iemand opeens om hun aandacht. De man die al vanaf de geboorte verlamd was, lag bij de tempel en vroeg om een aalmoes.

Van de man die daar ligt, verschuift de aandacht in het tekstgedeelte naar Petrus en Johannes. Zij zijn onderweg en willen de tempel in stappen, maar op dat moment vraagt iets anders hun aandacht. En wat doen ze? Wat doen wij als we onderweg zijn naar ons doel en we worden onderbroken? Vestigen we dan onze blik vooruit en lopen we door. Of laten we ons stop zetten?

Petrus en Johannes laten zich stopzetten. Ze staan stil en richten hun blik op hem. Ze richten hun blik, ik vind het zo mooi dat dat er staat. Het gaat nog verder dan alleen stil staan, ze richten hun blik op hem. Ze hebben aandacht voor hem en laten zich stil zetten.

Ik vroeg me af: laten wij ons nog stilzetten onderweg? Kijken wij nog om ons heen en zien we nog de roep van mensen? En ik dacht, wie steken – al dan niet onzichtbaar – een hand op naar ons en vragen ons om een aalmoes? Laten we maar bidden: Geef ons ogen als U. Laat ons zien wat U aan het hart gaat en geef ons tijd om werkelijk te stoppen en ons te richten op die ene.

Aan de slag!

Waar ben jij heen onderweg? En hoe kun jij stilstaan op de weg die je gaat? Hoe kun jij oog hebben voor die ene, en spreken voor hen die weerloos zijn? (naar Spreuken 31:8)

Deel deze overdenking

  1. Carola schreef:

    Het grappige is, dat Petrus en Johannes al veel vaker langs die man gekomen waren. Die man werd daar volgens dit Bijbelgedeelte elke dag voor de poort gelegd. En Petrus en Johannes gingen als gewoonlijk naar de tempel.
    Wat maakte het dit keer anders? Persoonlijk denk ik de bewustwording dat de Heilige Geest in hun werkzaam was. Die hun hart en ogen opende voor het gebrokene, het onrecht. Dat mag ook ons vertrekpunt zijn, dat we ons laten leiden door de Heilige Geest. En als we dan in verlangen en verwachting bidden wat jij zo mooi schreef, dan zullen we zeker stilgezet worden op plaatsen waar God ons wil hebben.

    Bedankt!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap