Psalm 31 – Wees mij tot een rots, een burcht om in te wonen!

15

sep

Neeltje

Ken je die momenten, waarin heftige emoties elkaar afwisselen? Waarin vreugde en verdriet dicht bij elkaar liggen? Ik ken die momenten. David ook. Hij schrijft erover in Psalm 31. Boven de psalm staat: ‘Klacht en dank’
David springt van de hak op de tak in deze psalm. Hij laat zien dat heftige emoties bij het leven horen. En dat hij en wij een keuze hebben hoe we er vervolgens mee omgaan. Vandaag dus over heftige emoties. En over hoe menselijk ze zijn.  

Een psalm van David

We lezen de eerste elf verzen van Psalm 31. Lees als je tijd hebt de hele psalm.  

Een psalm van David, voor de koorleider. Tot U, HEERE, heb ik de toevlucht genomen, laat mij niet beschaamd worden, voor eeuwig; bevrijd mij door Uw gerechtigheid. Neig Uw oor tot mij, red mij met spoed, wees voor mij een sterke rots, een burcht om mij te behouden. Want U bent mijn rots en mijn burcht! Wijs mij dan de weg en leid mij zachtjes, omwille van Uw Naam. Trek mij uit het net dat zij heimelijk voor mij spanden, want U bent mijn kracht. In Uw hand beveel ik mijn geest; U hebt mij verlost, HEERE, getrouwe God!

Ik haat hen die nietige afgoden vereren. Ik vertrouw op de HEERE. Ik zal mij verheugen en verblijden in Uw goedertierenheid, want U hebt mijn ellende gezien en mijn ziel in benauwdheden gekend. U hebt mij niet overgeleverd in de hand van de vijand, maar mijn voeten in de ruimte doen staan. Wees mij genadig, HEERE, want angst benauwt mij; verzwakt van verdriet is mijn oog, mijn ziel en mijn buik. Want mijn leven teert weg door verdriet en mijn jaren door zuchten; mijn kracht is vervallen door mijn ongerechtigheid en mijn beenderen zijn verzwakt.
– Psalm 31:1-11 (HSV) 

Deze psalm is al lange tijd mijn favoriet. Ik kan me nog goed het moment herinneren, dat het voor mij ging leven. Het was bij mijn eerste kloosterbezoek, een aantal jaar geleden. Door mijn studie begon ik de Bijbel vooral te zien als een interessant boek. Het sprak mij steeds minder persoonlijk aan. Toen ik dat merkte, trok ik mezelf terug in het klooster. Ik ging opnieuw in gebed, op zoek naar God en las weer in de Bijbel. Psalm 31 trok mijn aandacht. Het raakte me. En voor het eerst na lange tijd ervaarde ik de Bijbel weer als een boek dat persoonlijk tot mij sprak.  

Klagen bij God

Wat opvalt aan deze psalm, is dat David zijn klacht uit bij God. Hij houdt zich niet in, maar stort zijn hele hart voor God uit. Misschien vraag je je weleens af of je met je boosheid en klachten bij God terecht kunt. Het kan zijn dat je het idee hebt dat dit niet mag. Dat je altijd vertrouwen moet hebben in God.

Ik denk dat je dan van David, en van andere psalmen, mag leren dat je niets hoeft achter te houden. Je kunt Davids woorden gebruiken voor jouw situatie, om je emoties te uiten naar God. Ze worden je als het ware aangereikt door God zelf.  

Wees mij tot een rots – want U bent mijn rots!  

Wat verder opvalt aan deze psalm, is dat David God al kent als een sterke rots, maar Hem alsnog vraagt om hem tot een rots te zijn: ‘Wees voor mij een sterke rots, een burcht om mij te behouden. Want U bent mijn rots en mijn burcht!’ (Psalm 31:3-4, HSV)

Ik vind het mooi hoe David dit verwoordt. Hij vraagt God iets, waarvan Hij al weet dat Hij het zal waarmaken. Dat kan alleen maar betekenen dat hij God heeft leren kennen als een vaste burcht, een sterke rots. David vraagt God met klem om zijn aanwezigheid en tegelijkertijd weet hij dat God nabij is.  

In Uw hand beveel ik mijn geest 

De woorden ‘In Uw handen beveel ik mijn geest’ zijn bekend. Jezus sprak ze uit aan het kruis. Hij citeerde ze rechtstreeks uit Psalm 31. Later werden deze woorden gebruikt voor een Joods avondgebed. Als een gebed aan het einde van de dag, waarbij je alles dat je bezighoudt neerlegt voor God.
David sprak deze woorden, op het moment dat hij bedreigd werd. Hij stelde zijn vertrouwen volledig op God. Dit zijn grootse woorden. Woorden waarin David de regie over zijn leven overgeeft aan God.   

Aan de slag! 

Lees Psalm 31 en stel jezelf de volgende vragen: 

  • Welk vers spreekt mij aan en waarom? Wat zegt dat over de periode waar ik nu doorheen ga? 
  • Durf ik het aan om al mijn emoties te uiten naar God? Mijn boosheid, verdriet, teleurstellingen? Probeer het!  
  • Durf ik het aan om de regie over mijn leven uit handen te geven aan God, net als David deed?  

Tot slot: ik denk dat als David in deze tijd had geleefd, hij zich wel kon vinden in de woorden van Rikkert Zuiderveld:  ‘Je zoekt. Je vraagt je af waar Ik toch blijf. Waarom je geen gehoor vindt voor je vragen. Geen ander die je lasten mee kan dragen, al schreeuw je ook de longen uit je lijf. Verwacht geen bliksem of bazuingeschal: Ik kom niet bij je, want Ik ben er al.’

Als de woorden van Rikkert je aanspreken, schrijf ze dan op. Ik lees deze zinnen regelmatig om mezelf eraan te herinneren dat God dichterbij is dan ik denk.

Deel deze overdenking

  1. Inge schreef:

    Dankjewel Neeltje! Vooral die woorden van Rikkert, dat is precies waar ik mee worstel en een bemoediging! Maar dan vraag ik me nog wel af: hoe kan ik dan gaan zien dat Hij er juist dan ook is?

  2. Neeltje schreef:

    Heey Inge,

    Dank voor je reactie! Goede vraag die je stelt. Ik denk dat je het op die momenten gewoon tegen jezelf moet zeggen, dat Hij er is. Als je het niet van buitenaf ervaart, wees dan trouw aan de momenten waarop je Gods aanwezigheid wel ervaarde. Haal die momenten terug in herinnering.
    Het worstelen hiermee is ook geloof! Juist de Psalmen zijn daar een voorbeeld van. Zeg het maar gewoon tegen God als je Zijn aanwezigheid niet ervaart, je mag daarin eerlijk zijn. Er komen dan ook weer momenten dat je het anders gaat ervaren.

  3. Inge schreef:

    Hoi Neeltje, dankjewel, ga ik doen!

  4. Rinske schreef:

    De woorden van Rikkert, zijn de mijne geworden…!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap