Psalm 142 – Verlossing door lofprijzen!

23

aug

Gastblogger

Mozes werd verborgen in het riet, uit angst dat hij gedood zou worden. Jozef was bang, toen hij door zijn broers werd meegegeven als slaaf naar Egypte. Esther vreesde voor haar leven en voor dat van haar volk, door de snode plannen van Haman. Paulus heeft veel gewanhoopt, toen hij door zijn prediking in de gevangenis terecht was gekomen.
Het lijden waar we in de Bijbel over lezen, lijkt soms zoveel heftiger dan wat jij en ik in ons dagelijks leven meemaken. Maar de Bron waar we onze hoop mogen vinden is dezelfde!
David beschrijft in Psalm 142 hoe hij bij God verlossing uit zijn lijden zoekt. En wij mogen van hem leren! 

In Psalm 142 beschrijft David zijn gebed tot God, dat hij bad toen hij op de vlucht was voor koning Saul en beland was in een spelonk. De titel van deze psalm is ‘een onderwijzing van David’. Een redelijk unieke benaming binnen de psalmen.
Terwijl David aan het bidden was, kwam hij tot inzicht over hoe hij om moest gaan met zijn ellende. Dat inzicht deelt hij met alle latere generaties die deze psalm nog horen en lezen.

We lezen Psalm 142 (HSV), in delen:

Een onderwijzing van David, een gebed toen hij in de grot was.
Met mijn stem roep ik tot de HEERE, met mijn stem smeek ik de HEERE. 
Ik stort mijn klacht uit voor Zijn aangezicht, ik maak voor Zijn aangezicht mijn benauwdheid bekend.   

Hier in vers 1 tot 3 lezen we hoe David met zijn lijden bij God komt. We mogen weten dat God ons gevoel, onze gedachten en onze situaties kent, maar toch komt David hier bij God. En hij smeekt Hem heel bewust met zijn stem. Heel nauwkeurig vertelt hij wat zijn angst inhoudt. We mogen hiervan leren dat het niet alleen draait om de dank en aanbidding die we mogen bidden tot God; we mogen onze diepste klachten en pijn bij Hem brengen.

U kende mijn pad, U bent mijn toelucht

Toen mijn geest in mij bezweek, kende Ú mijn pad. 
Zij hebben een strik voor mij verborgen op de weg die ik gaan zou.  

Op de momenten waarop David zelf niet meer zijn gedachten op God gericht kon houden, was God erbij. God kende zijn pad. Een mooie les voor ons! Welke momenten of situaties er ook voorkomen en wanneer we afgeleid raken van God; we mogen beseffen dat God ons pad volgt en daar altijd al was, is en zal zijn.  

Ik keek aan mijn rechterhand en zie, er was niemand die naar mij omzag; 
voor mij was de mogelijkheid tot ontvluchten verloren, niemand zorgde voor mijn ziel.  
Tot U roep ik, HEERE. Ik zeg: U bent mijn toevlucht, mijn deel in het land der levenden. 

David was eenzaam. Aan zijn rechterhand, de plek waar volgens de oude traditie de ‘helper’ staat, was niemand. Niemand deelde zijn zorgen, behalve God. David zag dat hij alleen stond in zijn lijden. Maar hoewel hij verlaten was door alle mensen, besefte hij dat er gehoor was bij God.
In wat voor positie je je ook bevindt en hoe verlaten je je ook voelt, besef je dat je bij God een luisterend oor en een helpende hand mag vinden.  

Vrijheid om Uw naam te loven

Sla acht op mijn roepen, want ik ben volkomen uitgeteerd;  
red mij van mijn vervolgers, want zij zijn machtiger dan ik.  
Leid mijn ziel uit de gevangenis om Uw naam te loven;  
de rechtvaardigen zullen mij omringen, want U bent goed voor mij 

David ziet in dat hij diep in de ellende zit. Hij heeft geen enkele behoefte zich beter voor te doen dan het lijkt. Het laatste deel van deze psalm, is de les die David heeft geleerd. Hij vraagt God niet om verlossing uit zijn lijden. Hij zat namelijk nog steeds in de grot, verstopt voor koning Saul. Nee, in plaats daarvan vraagt hij om vrijheid voor zijn ziel, zodat hij God mag loven! De Britse predikant Matthew Henry zegt hierover het volgende: ‘Voer mijn ziel uit de gevangenis. Niet opdat ik dan van mijzelf en mijn vrienden zal kunnen genieten en gerust op mijn gemak zal kunnen leven. Nee, ook niet opdat ik dan mijn land zal kunnen beveiligen, maar om Uw naam te loven.’ 

Psalm 142 schrijft over de wanhoop en de hulpeloosheid die we als mens soms kunnen ervaren. De les die David ons meegeeft is om al deze gevoelens, in hun meest rauwe vorm, bij God neer te leggen.

In ons gebed om verlossing uit ons lijden moeten we voor ogen houden, zoals Matthew Henry zegt, dat we in die verlossing God mogen prijzen! De zegeningen die God ons geeft, geven ons de kans om Hem daarvoor te loven.  

Aan de slag! 

Soms is het lastig je meest rauwe gevoel bij God neer te leggen, omdat je er geen woorden aan kunt geven. Als je dat lastig vindt, bid dan letterlijk de woorden van Psalm 142 en laat ze weerklinken in je hart.  

Luistertip: de uitvoering van Psalm 142: The Bowery – Everytime I Pray

Deze overdenking verscheen eerder op Zij Lacht en is geschreven door oud-schrijfster Vivian Straver.

Deel deze overdenking

  1. Lijni schreef:

    HOI,
    Wat heb ik hier van genoten!
    Amen Amen ,zo is het tot Hem kun je alles vertellen.

  2. Verona de Graaf schreef:

    De luisterversie is erg snel ingesproken, zonder enige pauze tussen de regels. Meer rust in het vertellen zorgt dat je het beter kunt opnemen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap