Psalm 13 – gebroken, maar gered

Vandaag wil ik wat persoonlijk worden. Zeg maar gerust kwetsbaar: ik ben ziek. Al een geruime tijd. Onbezorgde kinderjaren vervlogen en maakten plaats voor psychisch en lichamelijk lijden. Helaas, mooier kan ik het niet maken. Ik heb vaak vurig, en soms iets minder vurig, gebeden; ‘Hoelang nog, Heere?’ Maar tot op de dag van vandaag worstel ik met die vraag. En worstelen we allemaal niet met vragen? Hebben we soms allemaal niet het gevoel dat God zich ver houdt? Ik vond troost in Psalm 13. Op sommige momenten mijn enige troost, ondanks de vragen. Troost dat ik ondanks mijn gebrokenheid vreugde mag vinden in de God van mijn redding. Lees je mee?

Hoe lang nog, Heere?

David, de schrijver van Psalm 13, heeft ook een hoop vragen. Maar liefst vijf vragen worden op de hemel afgevuurd. Vragen met allemaal dezelfde strekking; ‘Hoe lang nog, Heere?’ Een gevoel van verlatenheid en verdriet klinkt door deze vragen. Dat David zo vrij met God spreekt, geeft aan wat een goede relatie zij hadden. David spreekt God ook aan met Zijn verbondsnaam JHWH. David voelde zicht veilig genoeg om zijn vragen aan God te stellen.

Voel jij je veilig genoeg om jouw vragen te stellen aan God? Je kunt daar best nog mee worstelen, zeker als bepaalde vragen haast verwijtend over kunnen komen. ‘Waarom moest deze ziekte mij treffen?’ ‘Hoe lang nog, Heere, voordat U verandering geeft?’ ‘Wat is het nut hiervan?’ Het feit dat een psalm als Psalm 13 in de Bijbel staat, geeft aan deze vragen gesteld mogen worden.

Het gebed van David

In vers 4 en 5 gaat de klacht van David gaat over in gebed. Een gebed om gehoord en gezien te worden.  ‘Zie toch naar mij om, Here, mijn God! Verlicht mij ogen.’ Door dit zo te verwoorden zet David als het ware weer een stap richting zijn God. Hij vraagt om verlichting van zijn ogen nu zijn mindset zo donker is. Davids vragen blijven onbeantwoord, maar hij blijft er niet in hangen. Deze psalm neemt dan ook een onverwachtse wending wanneer David zijn vertrouwen uitspreek. Sterker nog, het heeft over vreugde en over zingen!

‘Ik echter vertrouw op Uw goedertierenheid,
mijn hart zal zich verheugen in Uw heil,
ik zal voor de HEERE zingen,
omdat Hij goed voor mij geweest is.’
– Psalm 13:6, (HSV)

Gebroken, maar gered

Het lijkt wel alsof vers 6 de gebedsverhoring is van vers 4. Alsof David direct verlichting van zijn ogen ontvangt en het goede weer kan zien. Wat is dan dat goede? Dat David vertrouwt op Gods goedertierenheid. In Gods goedheid. In Zijn genade en volbrachte werk. Dit maakt David weer zo blij dat hij wil zingen. Waarom? Omdat God goed voor hem is geweest. Hoop ligt namelijk ook in het verleden en daarom is het zo goed om in een zware periode terug te kijken naar alle goede dingen die God in je leven heeft gedaan.

David vindt blijdschap in Gods heil. In Gods verbondstrouw en verlossing. Daar verheugd zijn hart zich in. Wanneer de barsten in je leven staan, maakt Zijn genade jou weer heel. Je mag pleiten op de God van jouw redding door het volbrachte werk van Jezus Christus. Want Gods redding en verlossingen gaan dieper dan welke nood dan ook.

Je kunt gebroken zijn. Door vragen verscheurd, eenzaam en alleen. En dat is vreselijk. Ik weet er alles van. Maar ik wil jou en mij aansporen om juist dan de vreugde te vinden in de verlossing. In de Verlosser. Dan mogen we het samen zeggen; ‘Ik ben gebroken. Gebroken, maar gered.’

Mijn afgepeinsde hart
Nooit uitgepeinsd
Wel afgepeinsd

Afgepeinsd
Afgepeigerd
Afgemat

Uitgeteld
Uitgeblust
Uitgeput

Verward
Verwond
Vermoeid

Gepijnigd
Gejaagd
Gebroken

Maar,

Verkwikt
Verlost
Vergeven

Gesterkt
Gezien
Geliefd

Gevonden
Gedragen
Getroost

Gered
Gered
Gered!

Gebroken, maar gered.

Aan de slag!

• Vreugde vinden in de verlossing. Dat is niet altijd makkelijk. Ik wil je uitdagen om de bovenstaande woorden hardop uit te spreken. In je eigen tempo, met je eigen gevoelens. Laat het maar doorklinken in je hart; Ik ben gebroken, maar gered.
• Luister het lied: ‘It is well with my soul | Keith & Kristyn Getty’.