Mijn voeten wassen? Dat hoeft ééécht niet!

28

apr

Gastblogger

Vrijdagmorgen, een uur of elf. Na een poosje te hebben geluierd met koffie en de krant, voor zover de jongens dat toelaten, ga ik aan de slag. Nog in pyjama begin ik aan de rommelige keuken. Dingdong, de bel gaat. Oh ja, ik had een ‘vage’ afspraak met Maria, een Colombiaanse vrouw waarmee ik contact heb. Even schakelen, maar prima. Ik schuif het een en ander aan de kant, verontschuldig me voor mijn pyjama, schiet wat aan, en zet koffie. Het is gezellig. We kletsen wat in het Spaans en ze speelt met de kinderen. Als ik mijn jongste zoontje op bed leg, ziet ze haar kans schoon. De vuile wijnglazen heeft ze al afgewassen als ik weer beneden kom en ze vraagt om een bezem.

Ik voel me er ongemakkelijk bij. Maria is een vrouw die haar hele leven gediend heeft. De vorige keren dat ze bij ons was is het me gelukt om haar uit de keuken te houden toen ze na het koffie drinken meteen de kopjes wilde schoon maken. Dat hoeft echt niet. Maar nu besluit ik het eens anders te doen. Ik wijs haar de bezem en zij maakt mijn keuken aan kant. Ongemakkelijk ruim ik wat andere dingen op. Als ze afscheid neemt, zegt ze nog dat ze me altijd wil helpen en dat ze wel begrijpt dat het met twee kinderen en een baan best druk is. Ik voel me bezwaard, maar ook blij met de schone keuken en haar hartelijkheid. Ik weet nog niet hoe ik de volgende keer reageer, maar het zet me wel aan het denken.

Zouden de discipelen zich ook een beetje zo hebben gevoeld toen Jezus hun voeten wilde wassen. ‘Nee, Jezus, dat hoeft ééécht niet.’ 

In Johannes 13 wordt beschreven dat Jezus de voeten wast van de discipelen. Het is voor Petrus een schokkend moment. Hij kan toch niet Jezus, die zijn Heer is, het werk laten doen van een slaaf?! Pas als Jezus erop wijst dat het nodig is om bij Hem te horen, gaat hij overstag. Jezus wast de voeten van alle discipelen, een vies karwei in een tijd van sandalen en vuile straten. Als Jezus de voeten van de discipelen heeft gewassen, roept hij hen op hetzelfde te doen. Hij zegt: 

Als ik jullie heer en meester, jullie voeten gewassen heb, moeten jullie ook elkaars voeten wassen.  
– Johannes 13:14 (NBV) 

Op bijbel.eo.nl lees je in het commentaar bij dit verhaal dat Jezus wijst op de bereidheid om de minste te willen zijn en de ander te dienen en dat dat geen natuurlijke houding is voor mensen. Ik denk dat dat klopt. Het verhaal vormt een onderdeel van het lijdensevangelie. Johannes zegt in een paar verzen ervoor dat Jezus tot het uiterste zal gaan vanuit de liefde voor de mensen die Hem in de wereld toebehoren. Jezus geeft zichzelf helemaal tot in de dood. Hem daarin volgen is iets dat ik mijn leven lang zal moeten leren.  

Elkáárs voeten wassen 

Voeten wassen is dienen en dat is bepaaald niet eenvoudig. Toch wil ik ook letten op een ander aspect in dit verhaal, namelijk dat Jezus wil dat de discipelen elkáárs voeten wassen. Even conreet: dat betekent dat Andreas de voeten van Petrus wast, én andersom. Het betekent niet dat bijvoorbeeld Thomas de voeten wast van alle discipelen en dat hij zijn  eigen vieze voeten maar moet wassen. Jezus zegt nadrukkelijk dat in navolging van zijn daad de discipelen dit aan elkaar moeten doen. Het zou kunnen dat de discipelen ook daarin trots of ongemakkelijkheid moeten overwinnen. Een zelfredzame visser zal dan bijvoorbeeld ook de dienstbaarheid moeten accepteren van die voormalige belastingambtenaar. Het is zo’n andere manier van omgang met elkaar. 

Misschien heb jij daar als vrouw nog wel iets meer last van, omdat je vooral is geleerd om anderen te dienen. Dienen is één ding, maar gediend worden kan ook nog best een dingetje zijn.  

Mijn vieze voeten 

Ik vind het niet altijd makkelijk om te dienen, maar soms lijkt het nog wel moeilijker te zijn als anderen mij willen dienen. Er zijn een aantal mensen in mijn leven die ik af en toe uitnodig en bezoek. Ik denk dat ze dat nodig hebben. Ik geef hen een beetje aandacht en probeer daarin trouw te zijn, niks mis mee. Toch kan er een eenzijdigheid in de relatie sluipen die ik stiekem wel prettig vind. Het voelt goed om een naaste te zijn, gastvrij te zijn en te dienen.

Gediend worden is een ander verhaal. Het betekent namelijk dat ik mijn schoenen moet uittrekken, dat de ander mijn zweetvoeten ruikt en ziet hoe vies mijn voeten zijn. Het betekent dat ze binnenkomen in mijn rommelige keuken. Liever houd ik het mooie plaatje een beetje intact en bewaar ik mijn privacy. Maar dat kan dus niet, hè. Als een ander de opdracht van Jezus bij mij wil uitvoeren zal ik toch mijn sokken moeten uittrekken.  

Jezus nodigt uit tot een nieuwe manier van omgaan met elkaar. Het betekent dienen, de minste willen zijn. Maar misschien betekent het ook wel: je niet te trots voelen om je te laten dienen. Dienen is goed maar als we elkaar dienen is dat wonderlijk mooi!

Aan de slag! 

  • Ben jij goed in figuurlijk of letterlijk voeten wassen? Oefen vandaag op je huisgenoot/ partner/familielid door een dienende daad uit te voeren.  
  • Laat jij weleens figuurlijk je voeten wassen? Zet een kleine stap vandaag door iets dat je moeilijk vindt te delen en de ander om hulp te vragen.  

Bronnen:
Johannes 13www.bijbel.eo.nl

Deze blog is geschreven door Martina Fraanje, oud-blogster van Zij Lacht.

Deel deze overdenking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap