Je mag er zijn! Ja jij!

24

jan

Yael Juch

Ook al ben je in een kippenhok geboren of heb je altijd tegenwind…. Je mag er zijn. ”Wie ik?”. Je maakt het dit welbekende kinderliedje misschien wel meteen af in gedachten met: ”Ja jij”. Maar blijft het bij zingen? Of laat jij ook in je houding naar anderen zien: ”Je mag er zijn”. Ook naar die ene die in onze samenleving als ‘ongeschikt’/ ‘onbelangrijk’/ ‘onrein’ wordt gezien? Wat kunnen we leren van Jezus’ houding naar mensen die roepen ”wie ik?”.

Melaatse man

Jezus ontmoet in zijn leven op aarde talloze mensen die zichzelf weinig waard vinden. Mensen die zijn afgewezen door hun omgeving. Één van deze ontmoetingen die Jezus heeft is met een melaatse man.

En er kwam een melaatse naar Hem toe, die Hem smeekte en voor Hem op de knieën viel en tegen Hem zei: Als U wilt, kunt U mij reinigen. En Jezus, innerlijk met ontferming bewogen, stak Zijn hand uit, raakte hem aan en zei tegen hem: Ik wil het, word gereinigd! Toen Hij dit gezegd had, week de melaatsheid meteen van hem, en hij werd gereinigd.
– Marcus 1:40-42 (HSV)

Wat leren we uit bovenstaande ontmoeting tussen Jezus en een melaatse man? Ten eerste moet je ervan bewust zijn dat het geen normale ontmoeting was. Het was in die tijd ‘ondenkbaar’ dat je contact zocht met een melaatse. Een melaatse had een huidziekte. Nu was het niet normaal dat een melaatse dichtbij een ander kwam. Een melaatse mocht niet eens in de stad komen volgens de wet. Melaatsheid werd in die tijd gezien als een straf van God.

Innerlijk met ontferming bewogen

Het is moeilijk voor te stellen hoe deze melaatse man zich moet hebben gevoeld. Maar in zijn handelingen ‘tegen de wet in dichtbij komen’, ‘smeken’, ‘op zijn knieën vallen (iets wat je in die tijd alleen voor God deed)’, zien wij dat hij radeloos moet zijn geweest. Jezus ziet de nood van deze man. Jezus kent de wet, hij weet waar deze man dag in en dag uit mee te maken heeft. Wat gebeurt er? Het raakt hem vanbinnen. Misschien herken je het wel. Hoor of zie je de nood bij een ander. Het raakt je, dit gevoel moedigt je aan om je te ‘ontfermen’ over hem/haar. Ontfermen is: het lot van iemand aantrekken. Je neemt de ruimte om de ander te zien en te horen op de plek waar de ander is. Maar daar blijft het niet bij.

Stak zijn hand uit en raakte hem aan

Jezus gaat voor ontmoeting. Hij steekt Zijn hand uit om de man aan te raken. Jezus geeft op een wijze liefde, waar deze man al geruime tijd te kort in had gehad. Melaatsheid was immers besmettelijk, dus fysiek contact met andere mensen was voor deze man ondenkbaar. Maar Jezus geeft hem Zijn aanraking. Jezus laat hiermee Zijn liefde zien, waarmee hij aantoont dat deze liefde verdergaat dan mensen. Het is een liefde die buitenaards handelt. Geheel anders dan de mensen om deze man heen. Maar het bleef niet alleen bij bewogenheid en een ontmoeting…

Zei tegen hem

Jezus zegt wat tegen de man. Hij beantwoordt het geloof en de smeekbede van de man. Hij geeft hem een nieuw leven, een nieuwe identiteit. Nu kunnen wij mensen geen genezing geven. Maar wat dan wel? We mogen ze zien, bewogenheid voelen, naar hen uitreiken/ dichtbij komen en de waarheid spreken. We mogen Jezus Zijn handen zijn en mensen raken met een bemoedigend klopje, een gemeende vraag, een bloemetje voor de moeite, een dagje oppassen, een briefje met een compliment, een hoekje omlopen en zwaaien naar de oude vrouw achter het raam, etc. Vraag vooral aan Jezus zelf om je te leiden uit te reiken zoals hij dat deed. Met Gods liefde wat menselijke grenzen doorbreekt. Dat handen geeft aan; ‘Je mag er zijn’. 

Aan de slag!

1. Misschien worstel je wel net als deze melaatse man met jouw positie in de maatschappij of de oordelen die mensen over je hebben uitgesproken. Misschien klinkt er in jouw hart ook wel de vraag: ”Wie ik?” Lees dan deze overdenking.

2. Test jezelf:
– Kies iemand uit je omgeving.
– Sta eens stil bij wat je van deze persoon denkt/ vindt/ hoe omgaat met naam of gesproken hebt met/over naam. Probeer volledig eerlijk te zijn en wil je jezelf echt confronteren; schrijf het op.
– Geef God al je oordeel over naam en misschien andere personen die je te binnen schieten. Mocht je het gebedenboek hebben, bidt dan het gebed op bladzijde…
– Kies een actie waardoor je naam kunt laten weten dat ze ‘er mogen zijn’. Stuur bijvoorbeeld naam een kaartje of berichtje met de boodschap: ‘je mag er zijn’.

3. Goed voorbeeld doet goed volgen. Wie in jouw omgeving (misschien wel je kinderen) kun je inspireren in het uitleven van de boodschap ‘je mag er zijn’. Bedenk een leuke actie samen met een ander, voor een ander.

Deel deze overdenking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap