Elise de Vries
03
apr
Elise de Vries
Ik was laatst onderweg naar college en luisterde aanbiddingsmuziek. Er kwam een nummer op waarin wordt gezongen over het verlangen om terug te gaan naar de eerste liefde. Toen ik dit nummer hoorde, werd ik in gedachten meegenomen naar de passie die ik als tiener had. De passie voor God, maar ook de algemene vurigheid die tieners hebben. Bij tieners gaat alles in extremen: als je vriendin één keer een afspraak vergeet, is de hele vriendschap over. Eén nare opmerking kan eindigen in een gevecht. Het is een vurigheid die volwassenen hebben genuanceerd. Misschien dat we voor ons geloof daar iets van kunnen leren. Ik dacht bij mijzelf: ‘Wat als leren geloven als een kind niet alleen gaat over de goedgelovige kleuter, maar ook over de vurige tiener?’
Laten we eerst naar de Bijbeltekst gaan die deze gedachtegang bij mij geprikkeld had. In Openbaringen zit Johannes gevangen op het eiland Patmos als hij een visioen ontvangt. God openbaart hem geheimen over de toekomst. In hoofdstuk 2 en 3 schrijft Johannes aan verschillende kerkgemeenschappen die op dat moment bestonden. Het zijn persoonlijke boodschappen van God over wat op dat moment in de gemeenten speelde. In de brief aan de gemeente in Efeze komt ‘de eerste liefde’ naar voren.
Ik ken uw werken, uw inspanning en uw volharding, en weet dat u slechte mensen niet kunt verdragen, en dat u hen op de proef hebt gesteld die van zichzelf zeggen dat zij apostelen zijn, maar het niet zijn, en dat u hebt ontdekt dat zij leugenaars zijn. En u hebt moeilijkheden verdragen en volharding getoond. Om Mijn Naam hebt u zich ingespannen en u bent niet moe geworden. Maar Ik heb tegen u dat u uw eerste liefde hebt verlaten.
– Openbaring 2: 2-4 (HSV)
De boodschap voor deze gemeente begint heel positief. God geeft de gelovigen eer voor het feit dat ze waakzaam zijn voor foute leerstellingen en dat ze zich inspannen voor God. Ze hebben moeilijkheden verdragen. Het laat zien dat God precies weet waar wij doorheen gaan. God ziet je moeilijkheden. Hij weet wat jij allemaal doet. Hij zegt: ‘Ik zie waar je doorheen gaat. Ik zie alles wat je voor mij hebt gedaan. Ik zie je inspanningen en je moeite. Ik weet dat je onwaarheden haat en dat is goed, want Ik haat dat ook.’
Na deze bemoediging en bevestiging schrijft Johannes een domper. God is namelijk over één ding wat minder blij: de gemeente was de eerste liefde verloren. God hecht daar zoveel waarde aan, dat Hij zegt dat ze zich moeten bekeren – net als van zonde. Anders verliezen ze hun kandelaar, wat iets betekent als dat ze hun status als gemeente zullen verliezen. Zowel nu als bij de terugkomst van Christus.
Al zou je fantastische werken doen, zonder de liefde zijn we niets. Paulus schreef er al eerder over in 1 Korinthe 13, het beroemde hoofdstuk over de liefde. Ook al zou je alles weggeven aan de armen, zonder de liefde is het niets waard. Zelfs al zou je sterven als een martelaar voor Christus, zonder de liefde betekent het niets. Daarom benadrukt God het belang van de eerste liefde.
Wij hebben Hem lief, omdat Hij ons eerst liefhad. Als iemand zou zeggen: Ik heb God lief, en hij zou zijn broeder haten, dan is hij een leugenaar.
– 1 Johannes 4: 9-10a (HSV)
De eerste liefde die er bestond, was Gods liefde voor ons. Dat Hij zijn Zoon voor ons gaf. Als wij die liefde echt ontvangen, ontstaat er bij ons liefde voor God en voor onze naaste. Het is het grote gebod: ‘Heb God lief boven alles en de naaste als jezelf.’ Gods liefde voor ons, onze liefde voor God en onze liefde voor elkaar zijn onlosmakelijk verbonden.
God miste die eerste, fundamentele, onvoorwaardelijke liefde. Alle goede daden zullen namelijk vergaan, maar de liefde niet! Laten we nu even teruggaan naar mijn gedachtegang over tieners. Als een tiener van iemand houdt, gaat dat heel ver. Een volwassene zou het extreem kunnen noemen. Beste vriendinnen moeten altijd naast elkaar zitten. Ze zouden voor elkaar sterven als dat moest. Dat klinkt heftig, maar is wel een bijbelse manier van liefhebben. Ik denk dat we van die extreme passie van tieners kunnen leren hoe onze eerste liefde eruit kan zien. Dat we zo opgaan in Gods liefde voor ons, dat alles wat we doen daar uit voortvloeit.
Foto's door Inge Kooiman Fotografie
© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap
Mooie blog Elise, in Romeinen 12:11 staat ook een mooie tekst die je hierop zou kunnen betrekken.
‘Laat je enthousiasme niet bekoelen, laat je aanvuren door de Geest en dien de Here’
Het grote gebod is de volmaakte wet. Niet 1 is dat gelukt op Jezus na. Zelfs in handelingen 15 wordt dit nog benadrukt.
En dan komt het 2e: heb je naaste lief zoals jezelf. Een als dat niet lukt? Alleen al de gedachte: heb ik mijzelf lief? En ik denk dat de meeste mensen daar al geen eerlijk antwoord op durven geven