Er is geen plaats, en toch…

07

feb

Anne-Saar Kunz

De schemering gaat geruisloos over in de avond. Ik steek de kaarsen aan en hoor op de achtergrond zachtjes de muziek. Hoor, ze zingen: ‘Is there room in you heart, is there room in your heart, for God to write His story?’ (Make room, Casting Crowns)
Ik herhaal de woorden voor mezelf. Het maakt me stil. Want, is er nog wel ruimte in mijn hart? Kan God aan het werk gaan in mijn leven? Of zit mijn hart vol?

Ik dacht: is er nog ruimte voor God? Ik stel de vragen aan mezelf, en ik stel ze ook maar gewoon aan jou. Hoe zit dat bij ons? Kan Hij zijn verhaal schrijven in ons hart? Of zitten we vol met van alles en nog wat?

Ik dacht: eerlijk gezegd weet ik niet of er altijd wel ruimte is in mijn hart voor God. Ja, vaak wel, maar tegelijkertijd: ook zó vaak niet. Want zó vaak ren ik door en zó vaak zit mijn hart vol met van alles. Maar niet met God.

Ik dacht: het is goed om je deze vraag zo af en toe eens te stellen. Hoe gaat het mijn relatie met God? Geef ik Hem de ruimte, of zet ik van alles tussen God en mij in? En hoe is dat bij jou? Laat je God toe in je leven, laat je God aan het werk gaan, laat je Hem je Koning zijn?

Ik dacht na over mijn relatie met mijn vriend en met anderen. En ik besefte hoe cruciaal het is om te investeren in relaties. Om het bij te houden, om in een ander te verdiepen, om tijd te maken. Maar dan je relatie met God, dát is van levensbelang. Ik moet me voeden, elke dag weer, met zijn Woord. Want dat is voedsel voor mijn leven, voedsel dat echt verzadigt.

Ik dacht: hoe maak ik meer ruimte voor God in mijn leven? En terwijl ik nadacht, werd me iets helder. Iets wat me elke dag weer geleerd moet worden. Ja, ik moet plaats worden voor God, prioriteiten stellen, en elke dag leren om Hem op nummer 1 te zetten. Maar, ook als ik geen ruimte heb, ook als het me keer op keer niet lukt, dan toch komt God naar mij.

Ik dacht: over plaats gesproken… weet je waar er ook geen plek was, en waar toch God zijn eniggeboren kind zond? In Bethlehem.
En het geschiedde, toen zij daar waren, dat de dagen vervuld werden dat zij baren zou. En zij baarde haar eerstgeboren Zoon, wikkelde Hem in doeken en legde Hem in de kribbe, omdat er voor hen geen plaats was in de herberg.
– Lukas 2: 6-7 (SV)

Ik dacht: wat is Gods evangelie bevrijdend. Want ook als er dus geen ruimte in je hart is, ook als je niet op God zit te wachten, komt God er middenin en is Hij op zoek naar jou.  De wereld zat er niet op te wachten, toen en daar, in Bethlehem. De huizen waren vol, er was geen plek. En toch, halleluja! Gods werk gaat door, ook als wij er niet op zitten te wachten.
Er was geen plaats, en toch God maakte plaats.

Aan de slag!

Ik dacht: laat het maar opnieuw kerst worden, nu, op een dag in februari. God heeft zijn Zoon gezonden, is naar je toe genomen. Om jou het leven te geven, om vrede te brengen.

Ik dacht: laat ik mijzelf maar die vraag vaak stellen. En doe jij mee? Is er nog plek voor God in ons leven? En laat we het als een opdracht zien: make room. En, tot slot, laten we bovenal elke dag van de genade leren leven dat God eerst komt of liever gezegd: dat God er al is.
Wat een zegen, wat een genade. God wacht niet af of wij wel ruimte hebben, God kwam en God komt. Ook al was er geen plaats.

Deel deze overdenking

  1. Marijke schreef:

    Prachtige overdenking, dankjewel !

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2024 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap