Voor mij is er niets mooier dan in stilte boven op een berg zitten met een goede cappuccino. Dromerig uitkijkend vanaf een prachtig terras zie ik een ingeslapen Spaans dorp tussen de groene heuvels van Navarra. Plotseling zit er Iemand naast me.
Verstoord kijk ik op. Ik kijk om me heen en zie een terras met zeker 25 lege stoelen. En ik denk: Waarom? Waarom nu! Waarom naast mij? Het terras is notabene leeg, waarom God, waarom nu, tijdens mijn me-time. Zo te zien, een wanhopig éénzaam schepsel die smacht naar een beetje aandacht en dat is nou net het laatste waar ik zin in heb!
Goedemiddag, mag Ik naast je komen zitten?
Ik besloot pinnig te antwoorden. Hopend dat daarmee elke aanmoediging om tot een nader gesprek te komen, direct de nek om werd gedraaid. “Nou u zit al, dus er valt weinig meer van te zeggen, lijkt me!” Hij glimlachte vriendelijk en bleef rustig zitten! Zo zaten we een tijdlang zwijgend naast elkaar. Hij met Zijn Water en ik met mijn colaatje light. Onverwacht voelde het goed. Wonderlijk genoeg straalde de Man een enorme rust uit. Een rust die ook op mij leek af te stralen. De hersenspinsels die ik had over mijn toekomst waren ineens niet meer zo belangrijk en ik begon steeds meer spijt te krijgen van mijn onvriendelijke gedachten. Stiekem genoot ik van Zijn rust en Zijn stille, vriendelijke aanwezigheid.
Na verloop van tijd vroeg Hij: “Hoe gaat het met je?” Ik keek Hem aan en dacht: wat is dit nou voor vraag, je kent me niet eens, je weet niet eens mijn naam, laat staan de inhoud van mijn leven! Zou je niet eerst eens vragen hoe ik heet, waar ik vandaan kom? Wat ik in het dagelijks leven doe? De ‘normale’, gangbare vragen?
Maar op het moment dat ik Hem aankeek, leek het wel alsof Hij dwars door me heen keek en al precies wist wie Hij tegenover zich had. Ik rolde bijna van mijn stoel af van schrik. Je hoeft niet te schrikken hoor, zei Hij lachend: Ik vraag alleen maar hoe het met je gaat!
Voorzichtig keek ik weer in Zijn vriendelijke ogen en tot mijn grote afgrijzen begon ik als vanzelf te praten. Voordat ik het wist stortte ik mijn hele hart uit. Ik bood Hem mijn leven inclusief alle vragen, zorgen, twijfels, miskleunen en fouten op een presenteerblaadje aan, me ondertussen afvragend waar ik in vredesnaam mee bezig was! Ik besefte, dat niet Hij het was die om een praatje verlegen zat, maar dat ik het bleek te zijn en erger nog, het bleef niet bij een oppervlakkig praatje! Nee blijkbaar had ik het nodig om mijn hele hebben en houden op tafel te gooien! Een pijnlijke constatering. Maar wat was dat dan met deze Man? Hoe kon Hij zo’n effect op mij hebben? En zou Hij net zo hebben gedacht als ik toen Hij naast me kwam zitten? Kende Hij eigenlijk wel het woord ‘me-time’? Ik had zo’n vaag vermoeden van niet!
Meer en meer opende ik mijn hart, leegde het van alle pijn, schuld en schaamte. En het vulde zich met vrede, rust en een onverklaarbare blijdschap.
Wie was deze Man? Wie was deze vreemde die naast me zat en waar ik eigenlijk helemaal niet meer bij vandaan wilde? Deze vreemde die ik misschien dan wel niet kende, maar waarvan ik het gevoel had dat Hij mij door en door kende! Die mij zelfs na al mijn klaagzangen en schuldbekentenissen nog steeds aardig leek te vinden, ja sterker nog, mij liefdevol bleef aankijken!
Ik besloot het te vragen.
Plotseling zat ik rechtop in mijn bed. Totaal verdwaasd keek ik om me heen! Waar was ik? In mijn slaapkamer? Was het een droom geweest? Bah, waarom moest ik juist nu op dit moment wakker worden!! Ik was er bijna, ik had bijna het antwoord op mijn vragen. Had ik niet nog een minuutje langer in die droom kunnen blijven?
Ik keek nog eens rond in mijn kamertje, kon ik toch niet ergens alsnog dat antwoord vinden?
Ineens zag ik mijn open geslagen Bijbel liggen. Ik had daar die avond voor het slapen in proberen te lezen, maar was blijkbaar na twee minuten al in slaap gevallen, want ik kon me niets herinneren van wat ik gelezen had.
Ik besloot het in vredesnaam dan nu nog maar eens te proberen, want wakker was ik toch en voorlopig kon ik het slapen wel vergeten.
Ik pakte mijn Bijbel en las:
Heere, U kent en doorgrond mij. U kent mijn zitten en mijn opstaan. U begrijpt van verre mijn gedachten. U onderzoekt mijn gaan en mijn liggen, U bent met al mijn wegen vertrouwd. Al is er nog geen woord op mijn tong, Zie Heere, U weet het alles. U sluit mij in van achter en van voren, U legt Uw hand op mij.
Dit kennen – het is mij te wonderlijk, te hoog, ik kan er niet bij.
Ik besefte dat ik mijn antwoord had gekregen. Jezus was het geweest die mij liefdevol had aangekeken en naar mij geluisterd had. Door wie ik vrede en blijdschap mocht ervaren omdat Hij het me gaf. Ik wenste met heel mijn hart dat ik in die droom had kunnen blijven. Dichtbij Hem.
Ik ging weer liggen en dankte Jezus om wat Hij me had laten zien.
En Hij antwoordde in mijn hart:
Nooit zal ik je verlaten, nooit zal ik je afvallen. Volg Mij. Ik zal je Helper zijn.
– Hebreeën 13
Ik ervaarde als feilbare dochter van de Vader een onvoorwaardelijk Liefde.
Bedenk voor jezelf hoe jouw contact met God eruit ziet op dit moment.
Beschrijf jouw ideale relatie met God.
Leg deze behoefte in gebed aan Hem voor.
Begin je dag goed en ontvang iedere ochtend de Zij Lacht overdenking in je mailbox!
Begin je dag goed en ontvang iedere ochtend de Zij Lacht overdenking via WhatsApp
Met onze boeken en Bijbels helpen wij jou om de Bijbel beter te leren lezen, begrijpen en leven.
In onze besloten Facebookgroep met meer dan tweeduizend leden kun je je aansluiten bij een Zij Lacht (bijbelstudie)groep, of je kunt er zelf een starten!
Door onze site te bezoeken, ga je akkoord met ons privacybeleid met betrekking tot cookies, trackingstatistieken, etc.
9 reacties op “Dromen zijn bedrog, of toch niet?”
Wauw! ❤️
Mooi!
Tranen! ❤
Dank je! Wat een prachtige overdenking. God is zo liefdevol 💖
En zo heerlijk om dat zo tot me te mogen nemen.
Mooi..!
😘 mooi
Ik heb hem nu gelezen voor de nacht…maar juist deze tekst is mijn lievelingstekst…Hij doorgrond en kent mij…hele mooie overdenking
Wow! ❤️ 1000x dank :’) 🙏
Oh, kíppenvel!