Zin in een uitdaging op de vroege morgen? Daar komt βie: probeer eens iets te zeggen zonder woorden te gebruiken. Op de Theaterschool kreeg ik pas die opdracht. Ik moest een verhaal vertellen, maar mocht daarbij alleen mijn gezicht en lichaam gebruiken. Dat vond ik best moeilijk. Maar weet je waar ik achter kwam? Dat […]
Het eerste beeld zet meteen de toon van het hoofdstuk:
Evenmin als de sneeuw in de zomer en de regen in de oogsttijd, past eer bij een dwaas. – Spreuken 26:1 (HSV)
Heb jij weleens sneeuw zien vallen toen het hartje zomer was? Ik niet. Sneeuw en zomer horen simpelweg niet bij elkaar. En regen is geen goede match met de oogsttijd. Net zo min past eer bij dwaze mensen.
In de volgende beelden worden dwaze mensen zelfs vergeleken met dieren!
Een zweep is voor het paard, een bit voor de ezel, en een stok voor de rug van dwazen. – Spreuken 26:3 (HSV)
Zoals een paard onder controle wordt gehouden door de zweep en de ezel door een bit, zo moet de dwaas getemd worden door de stok. Blijkbaar is die harde hand nodig, omdat een dwaas niet wil luisteren naar zachte en vriendelijke woorden.
Het beeld van de hond
Zoals een hond terugkeert naar zijn braaksel, zo is een dwaas die in zijn dwaasheid terugvalt. – Spreuken 26:11 (HSV)
De hond die hier geschetst wordt, is blijkbaar zo dom dat het opeet wat hij eerder nog uitspuugde. Zo is een dwaas ook. Hij blijft steeds weer domme dingen doen, omdat hij weigert om te leren en te veranderen.
Misschien lees je deze overdenking als een ver-van-je-bed-show. Je vergelijkt jezelf niet zomaar met een dwaas. Zo begon ik het hoofdstuk eerlijk gezegd wel met lezen. Maar diep van binnen voel ik nu wel: dwaasheid, eigen-wijsheid ligt heel dichtbij. Het zit in het hart van ons mensen. Want ten diepste willen we het allemaal zelf uitvogelen.
We willen onze eigen koning zijn. Dat is misschien nog wel het ergste. We willen niet dat een Ander onze Koning wordt. We weigeren onze troon af te staan aan Hem die zo veel van ons houdt, maar ons soms ook naar plekken stuurt waar we niet willen zijn.
Dwaasheid op en top. Jezus spreekt ook over deze dwaasheid:
Ieder die deze woorden van Mij hoort en ze niet doet, zal met een dwaze man vergeleken worden, die zijn huis op zand gebouwd heeft; en de slagregen viel neer en de waterstromen kwamen en de winden waaiden en sloegen tegen dat huis, en het stortte in en zijn val was groot. – MattheΓΌs 7: 26-27 (HSV)
Bijbelse wijsheid
Hoe kom je van je dwaasheid af? Door wijs te worden. En bijbelse wijsheid is misschien anders dan je denkt. Het gaat daarbij niet om slim zijn en verstandige keuzes maken. Nee, het zit βm in iets anders.
Kijk maar naar de mensen die Jezus om zich heen verzamelt: hoeren, tollenaars, verschoppelingen. Geen van die mensen hadden een leven dat βgeluktβ was. Sterker nog: ze hadden er niks van gebakken in hun leven. Eigenlijk waren het allemaal nietsnutten. Dwazen. Ze hoorden thuis in het rijtje van Spreuken 26.
Maar zij leefden van vergeving en genade en dat maakt alles anders. Het gaat erom dat je met je dwaasheid naar Jezus toe gaat. Dat je van Hem wilt leren hoe je kan veranderen. Hij ontvangt je wel. Hoe dwaas je ook bent. Kom, kniel, stamel, smeek. Dan vult Hij je met de hoogste Wijsheid die er bestaat; Hij vult je met Zichzelf.
Challenge!
Dwaasheid is eigen-wijsheid.
Welke schat heb jij vandaag ontdekt?
Bedenk hierbij een challenge die je vandaag zelf of samen met iemand uitvoert. Check #spreukenchallenge op Instagram voor inspiratie van anderen en deel ook jouw challenge!
In onze besloten Facebookgroep met meer dan tweeduizend leden kun je je aansluiten bij een Zij Lacht (bijbelstudie)groep, of je kunt er zelf een starten!
EΓ©n reactie op “Domme honden, sneeuw in de zomer en dwaze mensen”
Vond het een hele goede en gedurfde overdenking. Bedankt!