Christa Noteboom
15
feb
Christa Noteboom
Je kunt geen kant op. Onmogelijk. In korte tijd zijn alle deuren dicht gevallen. Je studie stroopt op, je relatie verloopt moeizaam, pijn uit heden en verleden trekken je naar beneden en benemen je het zicht op Gods plan met jouw leven. Ik vermoed dat Elizabeth je zou kunnen begrijpen. Of anders Sara en Jochebed wel… Ook Ruth, Mozes, Jeremia, Maria en vele anderen kunnen daarover meepraten. Maar als we één dag in de hemel mochten doorbrengen, zouden zij ons allemaal hetzelfde kunnen vertellen: wat bij mensen onmogelijk is, is mogelijk bij God.
Terwijl ik deze blog aan het voorbereiden was, dacht ik: hoe mooi zou het zijn om eens stil te staan bij een eigenschap van God. Gewoon, om opnieuw vol te worden van onze machtige God. Ik ontdekte een prachtig gedeelte uit het boek Jeremia.
Op het moment dat hij dit hoofdstuk schrijft, zit Jeremia gevangen omdat hij Gods woorden aan koning Sedekia doorgegeven had. De stad is belegerd door Nebukadnezar en God had laten zien dat Sedekia en het volk door hem weggevoerd zouden worden. Ze kunnen onmogelijk ontsnappen aan het kwaad dat op de loer ligt. Op dat moment komt een familielid van Jeremia vragen of hij een familieakker wil redden door het op te kopen. Omdat God zegt dat hij het moet doen, koopt Jeremia de akker, die kort daarna in handen zal komen van de vijand. Een bizarre opdracht. In hoofdstuk 32 vanaf 16 lezen we hoe Jeremia dit alles in gebed bij zijn Heer brengt:
Ik vind het geweldig dat Jeremia in zo’n onmogelijke situatie niet begint met zijn vragen aan God voor te leggen, maar met het grootmaken van zijn machtige God. God mag God zijn. Hij heeft het per definitie bij het rechte eind. Jeremia belijdt dat bij God niets onmogelijk is – Hij is tenslotte de Schepper van hemel en aarde! (1)
(2) Daarna haalt hij herinneringen op aan wat de HEER in het verleden allemaal gedaan heeft. In het verleden behaalde resultaten van God bieden altijd vertrouwen voor de toekomst…! Als Jeremia vervolgens (3) gaat kijken naar de bijdrage van het volk in het geheel, ziet hij waarom hen dit alles overkomt. Vanuit vertrouwen in God stelt hij dan zijn vraag aan God (4): ‘Heer, als U ziet wat er nu gebeurt… hoe kunt U mij dan een akker laten kopen?’
Wat doen wij als we tegen de onmogelijkheden van het leven aanlopen? Vertrouwen we daarin op de goedheid en almacht van God? Of vallen we eerst, met eerbied gezegd, met de deur de hemel binnen om onze angst en twijfels bij de Heer op tafel te gooien?
Ik vind het zó krachtig van Jeremia, dat hij niet kijkt naar wat onmogelijk is. Hij staat stil bij Gods eigenschappen en daden, en van daaruit kijkt hij naar de omstandigheden. Zijn vraag mag er zijn, maar wordt vanuit vertrouwen gesteld. Prachtig om te zien hoe persoonlijk de Heer Jeremia antwoord geeft.
Ik wil jou en mijzelf oproepen om op elk moment van ons leven met de Heer te spreken vanuit ontzag voor zijn grootheid en Hem te vertrouwen om Wie Hij is. Want, zoals Hij zelf tegen Jeremia zegt:
“Ik ben de HEER, de God van al wat leeft. Is er ook maar iets dat voor mij onmogelijk is?”
(Jeremia 32:27, NBV)
Welke onmogelijkheden zie je om je heen of in je eigen leven? Belooft God alle onmogelijkheden voor ons op te lossen? Kun je een bijbeltekst noemen die jouw antwoord bevestigt?
Tim Keller heeft eens gezegd:
“Faith is not primarily a function of how you feel. Faith is living out and believing what truth is despite what you feel.”
(Vrij vertaald: ‘Geloof is niet in de eerste plaats een gevolg van hoe je je voelt. Geloof is het uitleven en geloven van wat wáár is, ongeacht hoe je je voelt’).
Op welke manier deed Jeremia dit? Wat kunnen wij daarvan leren?
Foto's door Inge Kooiman Fotografie
© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap
Bedankt Christa💋
Ik vind deze zin zo tof: In het verleden behaalde resultaten van God bieden altijd vertrouwen voor de toekomst…!
Die kwam echt binnen en herinnert mij er opnieuw aan hoe belangrijk het is om gedenkstenen op te zetten.
Liefs
God’s almacht en mijn onmacht, leveren dagelijks strijd.
Het vertrouwen op God is zo noodzakelijk.
Mensen heil is enkel ijdelheid, persoonlijk ondervonden.
Ik weet het niet meer.
Ik moet buigen, en dat wil ik niet.
Leer mij naar Uw wil te handelen….