Beproef jezelf of je in Christus bent – een spannende vraag?

22

sep

Maartje Kok

De vertaling kwam binnen via mijn oordopjes, terwijl ik naar de Egyptische pastor keek op het podium. Om mij heen in de grote kerk zaten de christenen uit Cairo. We zongen en baden, we luisterden naar de scherpe woorden van de pastor. Hij sprak over zelfbeproeving, en hij stelde een ernstige vraag: ‘Ben je door het geloof verbonden aan Christus? Ben je werkelijk ín Hem en Hij in jou? Geef eens eerlijk antwoord?’ Ik keek hem met grote ogen aan, ik voelde dat deze vraag ertoe deed. En dat deze vraag er ook opnieuw voor jou en mij toe doet. Ik neem je in deze overdenking mee in zijn woorden en bovenal Gods woorden. Want God stelt je een vraag die er toe doet: geloof jij écht? Het is een vraag uit de Korinthe-brief.

Het zal je maar overkomen: je bent voorganger in een gemeente en er staan mensen op die iets anders spreken dan het evangelie. Sterker nog, ze zorgen er voor dat gemeenteleden tegen je op gaan staan. Ze zeggen over je dat je wispelturig, trots en oneerlijk bent en dat je maar een zwakke persoonlijkheid hebt. Ze zeggen over je dat je een matige spreker bent en eigenlijk durven ze ook nog wel te beweren dat je allesbehalve bevoegd bent om een dienaar van God te zijn.

Dit alles overkwam Paulus. Paulus reageert hierop door een brief te schrijven aan de gemeente van Korinthe, om de moeilijkheden binnen de gemeente aan te pakken. Dit is de eerste brief aan de Korintiërs. Hij roept de mensen die nog opstandig zijn op om zijn gezag dat hij van Christus heeft gekregen, te aanvaarden.
In 2 Korinthe 10-13 start Paulus een verdediging van zijn apostelschap; hij staat niet in zijn eigen kracht, maar hij is geroepen door God. Het doet er niet toe wat de mensen van hem vinden, maar het doet er toe dat God Zélf hem geroepen heeft. Paulus erkent dat hij zwak, gebroken en niet de beste persoon is om een gemeente te leiden, maar hij is geroepen door God, die hem toerust om de gemeente te leiden.

De bal terugkaatsen                            

Hoofdstuk 13 is het laatste stukje van de brief, hierin doet hij nog een keer een duidelijke oproep.

Welnu, toen ik de tweede keer bij u was, heb ik al tegen degenen die maar bleven zondigen gezegd dat ik u niet zou sparen wanneer ik weer zou komen. Ik heb dat ook tegen alle anderen gezegd en zeg het u op dit moment, nu ik nog niet bij u ben, opnieuw.
– 2 Korinthe 13:2 (NBG)

Hij zegt dat als waarschuwing voor de mensen die bleven volharden in de zonden van jaloezie en ruzie, en mensen in opstand tegen elkaar brengen. Het houdt in dat de mensen de gemeente uit moeten worden gezet als ze hierin doorgaan. Wow, harde taal. Het is wel duidelijk dat Paulus wil dat de gemeente weer rustig wordt én in heilige liefde gaat leven met elkaar.  Het blijf hier niet bij. Paulus heeft namelijk een erg duidelijke vraag aan de mensen in Korinthe, of beter gezegd, een oproep. Een actie. Ze moeten iets gaan doen in en na al deze onrust en zonden. Ze kunnen veel over Paulus zeggen maar nu legt hij de bal bij henzelf neer:

Onderzoek uzelf of u in het geloof bent, beproef uzelf. Of weet u niet van uzelf dat Jezus Christus in u is? Of [het moet zijn] dat u op enigerlei wijze verwerpelijk bent.
– 2 Korinthe 13:5 (HSV)

In plaats van dat de gemeenteleden de apostel telkens maar bevragen en beproeven of Christus wel echt door hem spreekt, moeten de Korintiërs zichzelf maar eens gaan beproeven. Paulus zegt: kijk maar eens of je zelf met Christus verbonden bent. Kijk zelf maar eens of je niet alleen een naamchristen bent, maar of je écht verbonden bent met Hem.

Als ze zichzelf moeten gaan onderzoeken en eerlijk zijn, moeten ze wel tot de overtuiging komen dat ze ver van Jezus zijn afgedwaald en er nauwelijks geestelijke gemeenschap met Hem is. Want, hoe kan het anders dat je zo tekeer gaat tegen je naaste?
Waarom stelt Paulus deze vraag? Hij heeft hier twee redenen voor: Om ze terug te brengen bij Jezus en omdat hij weet dat ze dan zullen erkennen dat hij echt geroepen is. Het is geen vraag van verwijt, maar een aansporing om op Jezus te zien.

Mijn eigen leven onder de loep

Als jij deze vraag zou moeten beantwoorden, wat zou er dan uitkomen? Misschien maak jij je druk over allerlei dominees en sprekers. Of maak jij je druk om de dingen in de gemeente en heb jij je hoogste woordje klaar. Misschien herken jij je wel in de gemeenteleden van Korinthe. En in dit alles ga je aan de wezenlijke vraag voorbij, leef jij er vluchtig langsheen. Je checkt niet eerst je eigen hart op onhebbelijkheden, maar ziet dat vooral van de ander. Je spreekt nare woorden over de mensen uit je gemeente en je bitterheid drijft je van Jezus af. Als dit zo is heb je een pijnlijke en confronterende conclusie getrokken. Je bent niet opbouwend bezig en je toont geen gedrag dat laat zien dat je in Christus bent. Maar, daar blijft het niet bij.

De Egyptische pastor aan het begin van deze overdenking zei het volgende: ‘Ik ga naar de kerk, dus ik geloof? Is dat het? Ik herinner mij dat ik mijn leven aan Jezus heb gegeven en mijn handen heb opgegeven. Is dit nu werkelijk geloof? Blijft het hier dan bij? Geloof is niet zoiets als het hebben van een of andere overtuiging. Het is niet alleen maar een logisch geloven, of een goed gevoel. Maar het geloof dat Hij het woord is en dat Hij de zoon van God is en dat Hij kwam om te sterven voor je donkere zonden. Het is de realiteit. Wie echt gelooft is uit God geboren en strijdt tegen de wereld.

Strijd jij tegen de wereld? Zonde houdt me vast, lust houdt me vast. Iemand zei een keer tegen mij: ‘Ik hou van God én de wereld.’ Veel gelovigen zijn verslagen door de wereld, maar het moet andersom. Ben jij in het geloof? Test jezelf.

Misschien was je in het geloof, maar zit Hij niet meer op de troon. De stemmen van de wereld sluipen je oren in. Wees eerlijk naar jezelf. Jezus komt op een dag om de kerk te zuiveren. Waar ben jij dan?
Ben jij iemand die zegt: ‘Ik herinner dat ik mijn leven een keer in een gebed aan Jezus heb gegeven, maar daarna heb ik er eigenlijk niks meer mee gedaan?’
Het leven met Jezus is telkens weer een gezonde check of je werkelijk met Hem leeft, of Hij werkelijk degene is die op de troon zit. Of je liefdevolle woorden spreekt of niet. We hebben het nodig onszelf daarin te toetsen, een check te doen. Dus, we gaan aan de slag.

Aan de slag!

  1. Houdt het woord van God eerlijk naast je leven, is jouw leven gelijk aan wat God voor jouw leven verlangt? Waarin wel / niet? Gods woord gehoorzamen is cruciaal voor het blijven in het geloof: Als iemand Mij liefheeft, zal Hij mijn woord in acht nemen… en: wie Mij niet liefheeft, neemt Mijn woorden niet in acht. (Johannes 14:23 en 24) Kenmerkend aan het geloof in Christus is dat je Hem liefhebt, en het kenmerkende aan dát liefhebben is dat je zijn woorden gelooft en er naar handelt.
  2. Is er groei in je leven met God te zien? Of blijf je eindeloos hangen in dezelfde zonde en twijfels en doe je daar niks mee? Bekeer jij je van zonde, of laat je het erbij? Waar erger jij je al lang in de gemeente aan en spreek je geen opbouwende woorden over, wil je daar afscheid van nemen? (Lees bijvoorbeeld eens 1 Johannes 2:15-17, volg niet de wereld na maar de liefde van Christus, zo groei je)
  3. Bid het Psalm 139:23-24-gebed: ‘Doorgrond mij, o God, en ken mijn hart, beproef mij en ken mijn gedachten. Zie of er bij mij een schadelijke weg is en leid mij op de eeuwige weg!’ (HSV)
    Zelf zien we niet altijd wat er in ons leven aan schort, we hebben daar het licht van de Geest nodig. Hij wil het met zijn zuivere licht beschijnen en ons helpen ertegen te strijden met zijn krachtige liefde.

‘In Christus zijn’ is dus dat je Hem op al zijn woorden gelooft en er naar verlangt te handelen. Je van je eigen zonde af te keren en je door zijn Geest uit te strekken naar een toegewijd leven vol van Jezus. Ben je afgedwaald, Christus is altijd één gebed bij jou vandaan.  

Deel deze overdenking

  1. Tineke Bosma schreef:

    Het is een zuiver en. onfronterend Woord.
    Daar mag je bij stilstaan, en overdenken.
    Blij om te lezen, omdat het inzicht geeft in je eigen hart. Het doet ertoe, hoe je handelt, en het doet ertoe, dat Jezus zichtbaar wordt in je leven met Hem. Hij in ons, wij in Hem

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap