Gods aanpak van het kwaad? Onkruid wieden!

22

nov

Mandy

Zie je Hem lopen? Ik zie Hem gaan, in zijn overal en met zijn zonnehoed op. Gewapend met handschoenen en gereedschap doorkruist Hij de tuin – kijkend naar de pracht van wat Hij maakte en speurend naar iets wat zijn hulp nodig heeft. Hij geeft water, harkt en gaat ieder stukje af, iedere keer opnieuw. Onkruid blijft groeien en de ronde moet steeds weer gedaan worden. Met zorgvuldigheid gaat Hij zijn schepping af en brengt het ten bloei. Als je tuiniert dan weet je hoe dat werkt: niet alleen water geven hoort erbij. Vaak moet je onkruid wieden of stengels afknippen – moet iets sterven – omdat het er simpelweg niet hoort. Omdat het de prachtige tuin verstikt. Dan kun je het toch niet door de vingers zien en doen alsof het er niet is? In Jeremia vertelt God iets over zijn werkwijze in zijn wereld. Lees je mee? 
[

Ik, de HEER, houd de wacht over mijn wijngaard, steeds opnieuw bevloei ik hem. Dag en nacht zal ik de wacht houden, zodat niemand hem kan schaden; ik koester mijn woede niet. Maar zou ik dorens en distels dulden? Strijdbaar ga ik eropaf, al dat onkruid steek ik in brand – tenzij men mijn bescherming zoekt en vrede met mij sluit, ja, vrede sluit met mij.
– Jesaja 27: 3-5 (NBV) 

Onkruid wieden en liefde; gaat dat wel samen? 

Het is een vraag die vast wel eens in je gedachten is opgekomen: God is liefde, maar waarom zie je Hem in de Bijbel dan wel eens kwaad worden? Hoe zit dat? Het past misschien niet in je plaatje van liefde, de harde woorden die Hij – via zijn profeten – weleens spreekt. Doet het zelfs af aan je beeld van Hem en roept het vragen op? Is Hij wel écht liefde? En zo ja, waarom spreekt Hij dan zo? In onze gedachten gaan die twee namelijk niet samen: liefde en boosheid. Zien we Hem stiekem liever als een God die alles omarmt, ongeacht hoe schadelijk of kwaad het is. Maar dan zullen we ook met een God moeten leven die overal overheen praat en het uiteindelijk toedekt met de woorden ‘het is wel goed joh’, zonder er consequenties aan te verbinden.  

Maar zo werkt God niet. In zijn heiligheid kan Hij zonde en kwaad niet verdragen. Gaat Hij verwoed in zijn tuin aan de slag, om alles wat er niet past of gevaar met zich meebrengt – onkruid of niet – te  verwijderen. En dat gaat er niet altijd ‘lief’ aan toe. Dat is bloed, zweet en tranen – precies wat Jezus aan het kruis ervoer. Het kruis is het ultieme beeld van hoe God over de zonde denkt. Hij kan en wil er niks mee te maken hebben. Een heftige manier om ermee af te rekenen. Een God die alles met de mantel der liefde bedekt, doet zoiets niet.  

Onkruid wieden en liefde; dat kan niet apart! 

Maar is dat eigenlijk wel wat we zouden willen? Verlangen we niet ten diepste óók naar gerechtigheid, naast dat alles puur en goed is? We moeten er toch niet aan denken dat aan misdaden als oorlog, verkrachting en uitbuiting geen veroordeling hangt? Dat het door de vingers wordt gekeken, het met de mantel der liefde bedekt wordt en er niet meer over gesproken wordt? Bedenk eens wat dat je als slachtoffer voor gevoel geeft, over de mensen maar óók over God. Dat kan niet de juiste manier zijn. Dat voelt allesbehalve goed. Als je dat voelt, dat gevoel naar rechtvaardigheid, licht je een tipje van de sluier op van wat Gods gevoelens over de zonde zijn.  

Er is gewoon geen ruimte voor. Hoe zou Hij dorens en distels – onkruid – dulden in zijn prachtig gemaakte tuin? Niet alleen doen ze af aan het beeld, ze verstikken en nemen voedingsstoffen op die andere planten hard nodig hebben. Zoals Hij zegt: Hij koestert zijn woede niet, maar weigert om lauw of mild te worden. Zou het ook geen ‘wanbeleid’ zijn, als je niet koste wat kost probeert te beschermen wat je gemaakt hebt?  

Aan de slag! 

Where does that leave us?, vraag je je misschien af. Gods tuinieren en onkruid wieden kan er verwoed aan toe gaan. Wat moeten wij daarmee? Mij leert het meer over wie Hij is en hoe Hij wil dat zijn kinderen in de wereld staan. Net zoals Hemzelf wil Hij dat we een hart krijgen voor gerechtigheid. Dat we iets ‘in het kader van genade’ niet al te snel ‘goed’ praten en dat de gevolgen van onze daden dragen belangrijk is. Dat we sorry zeggen en laten zíen dat we spijt hebben. Dat, andersom, de kous niet meteen af is als iemand zijn excuses aanbiedt, zonder dat hij bereid is zijn daden daarop aan te passen. Maar óók dat we niet voor altijd aan onze woede vasthouden. Dat we vergeven en loslaten. Iets daar in het midden is waar God opereert en waar wij mogen oefenen.  

Bedenk eens, wat ervaar jij als een onrecht in de wereld? Waar kan je echt boos om worden? Wat is het stukje in de tuin waarin jij, samen met God, onkruid mag wieden? Zoek het de komende maand op. Wie weet waar jij tot zegen mag zijn!  

Deel deze overdenking

  1. Angela schreef:

    Interessant, eerlijk, mooi!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap