Geloven: hete koffie of slappe thee?

06

mrt

Matthea van den Berg

Niet koud en niet warm. Precies goed zou je kunnen zeggen. Een plekje fijn in het midden. Of misschien denk je, niet koud en niet warm. Het is vlees noch vis. Een beetje als de herfst. We hebben de zomer gehad de winter komt, maar we hebben eerst nog donkere, regenachtige dagen. Een soort van tussenfase tussen de kou van de winter en de warmte van de zomer.

Paradijs

Om even in dat beeld te blijven. Ik houd erg van de (vroege) zomer. Je wordt wakker van de vogels, het is al licht buiten, en je eerste kopje koffie drink je met je gezicht in de zon. Net als in het paradijs. Daar scheen ook altijd de zon en het was er lekker warm. Of dat zo is weet ik natuurlijk niet en eigenlijk maakt dat ook niet uit. Het gaat om de associatie van iets dat goed en mooi was. Het paradijs en zijn Maker, daar liep je voor warm.

De brief aan de gemeente van Laodicea begint bij die Maker. ‘Schrijf aan de engel van de gemeente in Laodicea: Dit zegt Amen, de trouwe en betrouwbare getuige, het begin van Gods schepping: Ik weet wat u doet, hoe u niet koud en niet warm bent. Was u maar koud of warm! Maar nu u lauw bent in plaats van warm of koud, zal ik u uitspuwen’- Openbaring 3: 14-16 (NBV).

Warm, koud of ergens tussenin?

Dat zijn heftige woorden. Zelfs kou is beter te verteren voor God dan lauwheid. Warm of koud is een keuze. Lauwheid is niks, doet vaak ook niks, valt niet op en zit meestal niemand in de weg. Het blijft hangen in de gulden middenweg. Lauwheid is als slappe thee die steeds verder afkoelt totdat je het wegspoelt in de gootsteen omdat je te lang hebt gewacht. Maak dus een keuze lijkt Johannes hier te zeggen. En daar schuurt het wel voor mij, want die keuze heb ik toch al lang gemaakt?

‘U zegt dat u rijk bent, dat u alles hebt wat u wilt en niet meer nodig hebt. U beseft niet hoe ongelukkig u bent, hoe armzalig, berooid, blind en naakt’- Openbaring 3: 17.

Daar raakt de schrijver een gevoelige snaar, want inderdaad ik heb alles wat ik nodig heb en misschien wel meer. En in een groter geheel geldt dat voor velen van ons in dit land. We hebben God niet zo heel hard nodig want het meeste hebben we zelf al geregeld. Hoe armzalig, berooid, blind en naakt zijn we eigenlijk? En wil ik dat nog wel weten?

Wat ook kan en dat gebeurt mij best wel vaak, is dat ik geleefd word door het leven dat ik leid. Daarom neem of heb ik geen tijd om een keuze te maken waardoor ik toch op de gulden middenweg blijf wandelen of ben ik er zo weinig mee bezig dat ik dreig af te koelen. God zegt: Ik weet wat jij doet. Niet als dreigement, want Hij zegt ook dit: ‘Iedereen die ik liefheb wijs ik terecht en bestraf ik. Zet u dus volledig in en breek met het leven dat u nu leidt’- Openbaring 3:19.

Het is dus niet per se de lauwheid van mijn geloof als wel de dingen er om heen die ik de ruimte (voorrang) geef waardoor mijn geloof alle tijd heeft om af te koelen. Daarmee maak ik geen keuze maar laat ik het mij overkomen. Niet koud en niet warm, maar ergens comfortabel in het midden, zo lijkt het. God wijst ons terecht, maar laat het daar niet bij zitten. Hij geeft ons zijn wijze raad en een belofte mee.

De raad van God en zijn belofte

‘Daarom raad ik u aan: koop van mij goud dat in het vuur gelouterd is, en u zult rijk zijn; witte kleren om u te kleden en uw naaktheid te bedekken, zodat u zich niet meer hoeft te schamen; zalf voor uw ogen, zodat u weer kunt zien’- Openbaring 3: 18.

‘We zullen samen eten. Ik met hem en hij met mij’

‘Ik sta voor de deur en klop aan. Als iemand mijn stem hoort en de deur opent, zal ik binnenkomen, en we zullen samen eten. Ik met hem en hij met mij. Wie overwint zal samen met mij op mijn troon zitten, net zoals ik zelf overwonnen heb en samen met mijn Vader op zijn troon zit. Wie oren heeft, moet horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt’- Openbaring 3: 20 – 22.

Wat mij raakt in deze belofte is het beeld dat door God uitgelicht wordt. Hij zegt: ‘we zullen samen eten (en dan nog een keer…). Ik met hem en hij met mij’. Daar zit saamhorigheid in. God is niet op bezoek. Het is geen momentopname. Hij is niet te gast. We eten samen voor altijd, want ‘wie overwint zal samen met mij op mijn troon zitten’.

Aan de slag!

Neem vandaag bewust een moment om (opnieuw) voor God te kiezen. Heeft dat ook gevolgen voor de manier waarop je je dag invult?

En misschien heb je ook nog tijd om naar dit lied te luisteren. (6307) Sela – U – 9. Belijdenis – YouTube

Deel deze overdenking

  1. Elly Geers schreef:

    Dag Mathea,

    Dank voor je woorden. Ik mag weer weten dat Hij samen met mij wil optrekken. Ook als het leven even onzeker is. 😘

    Elly

  2. Elise schreef:

    Mooi blog! Doet me denken aan de ‘lauwe koffie’ scène van War Room (héle mooie film voor degene die de film niet kent; écht kijken!!) :
    https://youtu.be/6jfOQ4-whSI

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap