Mis(s)verkiezing

23

mei

Renske Hoste

Eén voor één komen ze voorbij. Beren, nee, bomen van kerels! Gebruind, gespierd, mooi om te zien. Het samengestroomde volk fluistert en werpt bewonderende blikken. Wát een biceps! Spontane trouwplannen worden gemaakt, maar Samuel let er niet op: hij vraagt en hij luistert: ‘wie, Heer?’

Wat een prachtverhaal. Dit is voor mij een van dé voorbeelden van Gods gevoel voor humor in de bijbel. Zie je het voor je?

De leiders van het dorp, gespannen verwachtingen. Kan dit iets goeds betekenen?

Het halve dorp uitgelopen voor de beroemde profeet Samuel, gespannen verwachtingen. Wat zou hij gaan zeggen?

Isaï, met maar liefst acht zonen, gespannen verwachtingen. Wie zou hij kiezen?

De broers, een kans om weg te komen bij de schapen. Misschien ik? Misschien ik? Misschien ik?

Eén voor één komen ze voorbij. Beren, nee, bomen van kerels! Gebruind, gespierd, mooi om te zien.

Het samengestroomde volk fluistert en werpt bewonderende blikken. Wát een biceps! Spontane trouwplannen worden gemaakt, maar Samuel let er niet op, hij vraagt en hij luistert: ‘wie, Heer?’

Eliab, dát moet ‘m zijn. Zo ziet een échte koning eruit.

Maar de Heer wijst hem af.

Abinadab, wauw!

Maar de Heer blijft stil.

Samma, zoooo…

Maar de Heer zegt niks.

En elke zoon die volgt, wordt teleurgesteld, God heeft een ander plan.

En dan… geen zoons meer over. Wat nu? Samuel had duidelijke instructies gekregen. Haast wanhopig klinkt zijn vraag aan Isaï: ‘Zijn dit écht al je zoons?’

Isaï was het al haast vergeten: maar natuurlijk, David! Met zeven van die kerels in huis is het makkelijk de jongste over het hoofd te zien. Vreemd, dat die profeet juist zoveel interesse in hem heeft… misschien moet Eliab nóg een keer voor hem langs lopen?

Maar Samuel staat erop: David moet erbij zijn.

Dan komt David binnen, in niets lijkend op zijn broers. Waar zij lang waren, was hij klein. Waar zij gebruind en gespierd waren, was hij maar bleekjes en leek hij meer op zijn moeder met z’n mooie ogen. Het onderdeurtje, het ‘mietje’, in niets lijkend op hoe een échte koning eruit zou moeten zien. Maar Samuel houdt z’n adem in. God spreekt. ‘Sta op en zalf hem, want hij is het!’ En zo wordt David gezalfd, ten overstaan van het halve dorp, de leiders, zijn vader en… zijn broers.

De leiders van het dorp zijn bang. Wat als koning Saul erachter komt? Ze hadden moeten ingrijpen.

Het dorp is op slag stil, gaapt hem aan. Dat ventje? Een grote toekomst? Laat me niet lachen!

Isaï kijkt opeens met andere ogen naar zijn jongste, nog eens naar de andere zoons, nog eens naar de jongste. Zijn zoon, gezalfd?

De broers, pisnijdig. Wie denkt dat onderkruipseltje niet dat hij is?

En David? De olie nog druipend over zijn voorhoofd, hij begrijpt er niets van. De jongste zoon van een simpele schaapherder uit een minuscuul dorpje in Israël. Wie is hij nou helemaal dat God hem uitkiest? Hij is toch niks waard?

Maar God denkt daar anders over. Zijn grote plan is in werking gezet. David zou de eerste schakel worden van het plan dat de komende eeuwen door zou werken, het plan dat zou eindigen bij zijn Zoon Jezus Christus. Was David op dat moment klaar voor het koningschap? Waarschijnlijk niet.

Maar God had in hem gewerkt om hem op dit punt te krijgen en zou in hem verder werken. Hij vult hem met zijn Geest en de belofte van zijn grote plan met David.

En nu jij. Ik heb goed en slecht nieuws voor je:

Het slechte nieuws? Er zullen altijd anderen zijn. Je zit in de kerk en kijkt om je heen. Je kan wel twintig broeders en zusters opnoemen die geschikter zijn. Die zuster zingt altijd zo mooi, vol overgave. Die broeder is een goede leider. Die zuster spreekt zo enthousiast over Jezus. Je kan wel twintig redenen opnoemen waarom jij niet geschikt bent: onzekerheid, te jong/te oud/te lauw/te saai, niet ‘goed genoeg’, ga maar door. Vergeleken met je ‘oudere broers’ val jij in het niet.

Het goede nieuws? God kiest jou. Niemand is geschikter voor de taak die Hij voor jou in gedachten heeft. Ben je daar op dit moment helemaal klaar voor? Misschien niet. Maar God heeft in je gewerkt om je op het punt te krijgen dat je dit leest en God zal in je verder werken. Hij vult je met zijn Geest en zijn belofte: Hij laat niet los wat Hij begint. En geloof me: Hij is al lang met jou begonnen.

(Je kan dit verhaal nalezen in 1 Samuël 16)

Aan de slag!

  • Een spreuk van het internet (vertaald): ‘Alles wat je tot nu toe hebt gedaan, heeft ertoe geleid dat je dit op dit moment leest.’
    • Wat vind je hiervan? Wat doet het met je?
    • God werkt op dit moment! Sta hier eens bij stil.
  • Wat zie jij van hoe God werkt in jouw leven? Probeer eens drie voorbeelden op te schrijven uit het afgelopen jaar. Wat is er gebeurd en wat probeerde Hij je hier misschien mee te leren?
  • Hoe zouden deze dingen mee kunnen werken aan Gods plan met jou? Op welke manier probeert Hij jou ‘voor te bereiden’?
  • Je zou dit kunnen opschrijven, erg interessant om later terug te lezen!

Deel deze overdenking

  1. Majorie schreef:

    Wat mooi.. Dit zet me aan het denken.. Bedankt!

  2. L schreef:

    Zo mooi!! Ik had dit nodig ik worstel een beetje en terwijl ik dit las voelde ik me warm van binnen..mss toch goed genoeg op denken wat anderen van je denken😐

  3. Kim schreef:

    Prachtig, dankjewel! :’)

  4. Jeannette schreef:

    Mooi omschreven hoe God juist degene kiest die anderen over het hoofd zien en voorbereid op de taak en vervulling van Zijn plan!
    Ook ik werd hier warm vanbinnen van.

  5. Ada schreef:

    Mooi geschreven!
    Bedankt!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap