Feest van de Geest – hoe helpt de Geest jou om te getuigen van het Evangelie van Jezus Christus?

10

jun

Christa Noteboom

Misschien ken je hem al wat langer dan vandaag: Timotheüs. Zoals veel christenen in onze tijd kreeg Timotheüs het geloof met de paplepel ingegoten. Zowel zijn Joodse moeder als zijn oma geloofden in Jezus als de door God gezalfde Redder van de wereld. Zijn biologische vader was een Griekse man, zijn geestelijke vader was Paulus. Al op jonge leeftijd mocht Timotheüs meewerken in het Koninkrijk van God. De overlevering vertelt dat hij voorganger was in Efeze in de tijd van de vroegchristelijke kerk en uiteindelijk de marteldood is gestorven.  

Dat betekent dat Timotheüs leefde in een voor christenen moeilijke tijd. Iedereen die Jezus ‘Heer’ noemde, gaf die titel aan een ander dan de Romeinse keizer. Zeker onder de door waanzin verteerde keizer Nero was dat levensgevaarlijk. Daar komt nog bij dat Timotheüs verschillende dwaalleraren het hoofd moest bieden. Ik vind het niet vreemd dat Timotheüs regelmatig door Paulus aangespoord moet worden om vol te houden, de moed niet te verliezen, niet te negatief over zichzelf te denken vanwege zijn jonge leeftijd en om met volle inzet door te gaan in het verspreiden van Gods goede boodschap. In zijn tweede brief aan Timotheüs schrijft Paulus hem hier ook over, kort tijd voordat hij door Nero onthoofd wordt. Een geestelijk testament, de laatste geschreven woorden van een geestelijk vader, om richting te geven voor de tijd dat zijn geestelijke zoon verder moet zonder hem.  

“Wanneer ik aan uw tranen denk, verlang ik er vurig naar u te zien, om met blijdschap vervuld te worden. Daarbij herinner ik mij het ongeveinsde geloof dat in u is (…). Daarom herinner ik u  eraan  de genadegave van God  die in u is door de oplegging van mijn handen, aan te wakkeren. Want God heeft ons niet gegeven een geest van vreesachtigheid, maar van kracht en liefde en bezonnenheid. Schaam u dan niet voor het getuigenis van onze Heere, en ook niet voor mij,  Zijn gevangene, maar lijd  met mij  verdrukking om het Evangelie, overeenkomstig de kracht van God.”
(2 Timotheüs 1: 6-8, HSV)   

Anno nu 

In tegenstelling tot Timotheüs hebben wij alle vrijheid om te geloven en te getuigen van de hoop die in ons is. Toch is er wel een overeenkomst tussen Timotheüs’ situatie en de onze. Sinds de glorieuze opstanding van onze Heer Jezus Christus uit de dood moet iedereen weten dat Hij leeft, regeert, bevrijdt en vergeving en verzoening brengt tussen God en mensen. Daarbij is er één vijand, die koste wat het kost wil voorkomen dat dát getuigenis klinkt.  

En dan kom ik bij mijzelf. Hoe vaak gebeurt het, dat ik kan getuigen van Jezus Christus, maar ervoor kies om dit niet te doen uit angst voor de reactie van de ander? Hoe vaak word ik er niet bij bepaald, dat geloven iets is dat je binnenshuis moet doen, maar waar je een ander niet mee moet vermoeien? En hoe vaak laat ik mijzelf niet bedwelmen door de drukte van het dagelijks leven en het genieten van al het moois dat het leven mij te bieden heeft? Is dit, naast eigen verantwoordelijkheid, ook niet een poging van de tegenstander om het Licht dat de Geest wil ontsteken uit te doven? 

Kracht, liefde en bezonnenheid 

Het antwoord van Paulus op Timotheüs’ teruggetrokken houding is kort, maar krachtig: God heeft je geen geest van angst gegeven, maar van kracht, liefde en bezonnenheid. Schaam je dus niet en deel in het lijden door de kracht van God. Zowel Timotheüs als wij mogen onszelf bemoedigen met de zekerheid dat de Heilige Geest in ons woont en ons elke dag opnieuw door Hem laten vervullen. Dan zullen we Zijn kracht, liefde en wijsheid ervaren en uitdelen. Kort samengevat ziet dat er ongeveer zo uit:  

Geest van kracht:  Gods kracht werkt als dynamiet. Als wij ons door de Heer laten leiden en  Gods woorden spreken, gaat daar Goddelijke kracht vanuit. Als wij de krachten doen, die de Geest ons in Gods Naam wil laten doen, zal Jezus Christus geëerd worden. Daarnaast hoeven wij ons werk niet in eigen kracht te doen, maar vanuit de dynamische kracht die God geeft.  

Geest van liefde:  God is liefde.  Alles wat we  denken, zeggen en doen  moet doordrenkt zijn van de liefde van God voor ons en de ander. Als we zonder liefde met onze geestelijke broers en zussen omgaan, leven we niet vanuit de Geest van God (1 Johannes 4:7-21). En andersom is ook waar: als we in liefde met elkaar omgaan, wordt zichtbaar Wie God is en wordt Hij grootgemaakt.   

Geest van bezonnenheid:  Timotheüs wordt opgeroepen om vanuit wijsheid te werken: de wijsheid die  God  hem geeft door zijn Heilige Geest.  Wij kunnen die wijsheid vinden in wat de Geest heeft laten opschrijven in de Bijbel en door wat Hij ons ingeeft.  

Op deze tweede Pinksterdag wil ik jou en mijzelf oproepen om ons niet te laten leiden door de omstandigheden, maar door Gods krachtige, liefdevolle en wijze Geest die in ons woont. Zodat het getuigenis van Jezus Christus – dat begon op de eerste Pinksterdag – niet monddood gemaakt wordt, maar dóórgaat en veel mensen redt van een eeuwige dood.  

Een gezegend ‘Feest van de Geest’ toegewenst!  

Aan de slag!

Wat raakt je uit deze overdenking? 

Praat erover door met je hemelse Vader.  

Vraag de Geest je vandaag te leiden naar één persoon, met wie je vanuit Zijn kracht, liefde en bezonnenheid het Evangelie mag delen.  

Deel deze overdenking

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap