We lazen over Davids verlangen om de tempel voor God te maken. In zijn toewijding geeft hij veel van zijn eigen bezittingen weg om te gebruiken voor het bouwen van de tempel. De bouw kwam uiteindelijk tot stand door Salomo. David kan zijn geluk niet meer op en stort een dankgebed uit voor God! In […]
We lazen over Davids verlangen om de tempel voor God te maken. In zijn toewijding geeft hij veel van zijn eigen bezittingen weg om te gebruiken voor het bouwen van de tempel. De bouw kwam uiteindelijk tot stand door Salomo. David kan zijn geluk niet meer op en stort een dankgebed uit voor God! In dit gebed zien we vijf bijzondere momenten.
Wat er volgt na het gedeelte in 1 Kronieken 29:1-9, is een prachtig dankgebed van David, dat mij raakte. David wil en kan niets anders dan God prijzen om wie Hij is en wil Hem zo zijn liefde geven. Het gebed bestaat uit verschillende prachtige momenten.
1. David dankt en looft God
Davids gebed begint met het loven van God, want alleen Hij is zo groot en machtig. Hem komt alle eer toe! Wat een lofprijzing is dit. Als ik dit lees, dan kan ik niet anders dan klein worden voor God en Hem aanbidden.
Van U, HEERE, is de grootheid, de macht, de luister, de kracht en de majesteit. Want alles wat in de hemel en op de aarde is, is van U. Van U, HEERE, is het Koninkrijk, en U hebt Zich verheven tot een Hoofd boven alles. Rijkdom en eer komen van voor Uw aangezicht, en U heerst over alles. In Uw hand is kracht en macht, in Uw hand is het om ieder groot te maken en sterk te maken. Nu dan, o onze God, wij loven U en prijzen Uw luisterrijke Naam. – 1 Kronieken 29:11-13 (HSV)
2. David erkent dat alles van God komt
Want wie ben ik, en wat is mijn volk, dat wij de kracht zouden hebben om vrijwillig te geven zoals dit? Want van U is alles, en uit Uw hand hebben wij het U gegeven. – 1 Kronieken 29:14 (HSV)
Gisteren zagen we dat David, en vele andere leiders, veel bezittingen gaven aan God voor het bouwen van de tempel. David erkent dat hij eigenlijk niemand is en dat hij ook niets van hemzelf is. Wat gaat het diep als je dit erkent en jezelf ook zo klein maakt voor God!
3. David bidt voor het volk Israël
HEERE, God van onze vaderen Abraham, Izak en Israël, bewaar voor eeuwig deze gezindheid in het hart van Uw volk en richt hun hart tot U. – 1 Kronieken 29:18 (HSV)
David vraagt of God voor altijd deze overgave en hartgesteldheid aan de Israëlieten wil geven. Dat ze elke dag opnieuw zullen beseffen dat ze het alleen van Hem kunnen verwachten en dat ze alles van God krijgen. Zo worden ze ook bewaard tegen hoogmoedigheid en dat ze het zelf allemaal wel kunnen, en blijven ze op de weg van de Heer.
4. David bidt voor Salomo
Voor zijn zoon Salomo bidt David ook nog. Wat bijzonder dat David deze woorden zo voor zijn zoon uitspreekt. David weet hoe moeilijk het is om koning te zijn en hoe hard Salomo dit gebed dus nodig heeft.
En geef mijn zoon Salomo een volkomen hart om Uw geboden, Uw getuigenissen en Uw verordeningen in acht te nemen, om alles te doen en dit bouwwerk, waarvoor ik een voorraad gereedgemaakt heb, te bouwen. – 1 Kronieken 29:19 (HSV)
5. David roept op om God te loven
Aan het einde van het dankgebed roept David iedereen op om God te loven (vers 20). Na dit gebed kunnen ze niet anders en geven ze Hem alle eer. Ze knielen voor Hem neer. Zo krijgt David misschien een heel klein voorproefje van de aanbidding die in de tempel zal plaatsvinden en die nog steeds hier op aarde en in de hemel doorgaat. Hoe bijzonder!
Aan de slag!
Bid vandaag eens de eerste teksten van Davids dankgebed hardop als een danklied voor God (1 Kronieken 29:10-13). Prachtig om zo de Bijbel te bidden!
In onze besloten Facebookgroep met meer dan tweeduizend leden kun je je aansluiten bij een Zij Lacht (bijbelstudie)groep, of je kunt er zelf een starten!