‘U weet toch dat ik van U houd?!’ – Deel 2

17

sep

Neeltje

In mijn blog van gisteren schreef ik over Petrus die drie keer door Jezus wordt bevraagd over wat er in zijn hart leeft. Vandaag wil ik opnieuw stilstaan bij dit Bijbelgedeelte. In deel 1 lag de focus op de vragen die Jezus stelt en het antwoord dat Petrus hierop geeft: ‘Ja Heer, U weet dat ik van U houd.’ Vandaag staan we stil bij de reactie die Jezus vervolgens geeft. 

In Johannes 21: 15-19 lezen we:

Toen ze klaar waren met eten, zei Jezus tegen Simon Petrus: ‘Simon, zoon van Jona, houd jij meer van Mij dan de anderen?’ Simon zei tegen Jezus: ‘Ja Heer, U weet dat ik van U houd.’

Hij zei tegen Simon: ‘Voed mijn lammetjes.’ Toen zei Hij voor de tweede keer tegen hem: ‘Simon, zoon van Jona, houd je van Mij?’ En hij zei tegen Jezus: ‘Ja Heer, U weet dat ik van U houd.’ Jezus zei tegen hem: ‘Voed mijn schapen.’

En voor de derde keer zei Hij tegen Simon: ‘Simon, zoon van Jona, houd je van Mij?’ Petrus werd verdrietig dat Hij hem dat voor de derde keer vroeg. En hij zei tegen Jezus: ‘Heer, U weet alles. U weet dat ik van U houd.’ Jezus zei tegen hem: ‘Zorg voor mijn schapen.

Tijdens de maaltijd waar hier over wordt gesproken, blikt Jezus terug naar de nacht waarin Petrus Hem drie keer had verloochend. We weten niet of Jezus en Petrus elkaar in de tussentijd gesproken hebben. We gaan ervan uit dat dit wel is gebeurd, maar het blijft gissen wat er tussen hen besproken is.

Wat mij opvalt aan Jezus’ antwoorden, is dat Hij Petrus drie keer een taak geeft. Hij geeft Petrus de opdracht om voor mensen te zorgen, om herder te zijn. Op welke basis geeft Hij die opdracht? Op basis van Petrus’ liefde voor Jezus.

Petrus hoeft zich niet eerst te bewijzen of hij deze taak wel aankan. Hij hoeft niet te solliciteren en zich van zijn beste kant te laten zien. Het enige waar Jezus écht aandacht voor heeft, is wat er in Petrus’ hart omgaat. Vandaar dat Hij drie keer dezelfde vraag stelt, waarin Hij erachter wil komen wat in Petrus’ hart leeft.

Die vraag van Jezus is confronterend. Het kijkt tot op de bodem van zijn hart. Petrus had al eerder gezegd dat hij zijn leven voor Jezus wilde geven. Maar het waren lege woorden, want ze werden niet omgezet in daden. Nadat Petrus voor de derde keer loog over zijn vriendschap met Jezus, werd hij opgeschrikt door het kraaien van de haan. Ook deze keer wordt hij geraakt en verdrietig als Jezus hem voor de derde keer vraagt of hij van Hem houdt.

Het is niet de eerste keer dat Jezus laat zien dat alles draait om liefde. Hij vat de Tien geboden samen met de woorden:

Houd van je Heer met je hele hart, met je hele ziel en met je hele verstand. Dat is de eerste en belangrijkste wet. De tweede, die net zo belangrijk is, is deze: Houd net zoveel van je broeders als van jezelf.’
(Matthëus 22: 37-39)

In de wereld van studie en werk word je beoordeeld op je resultaten: te weinig studiepunten en je gaat niet over, geen goede inzet op je werk en je hebt kans om ontslagen te worden. In de wereld van social media gaat het om het imago, een negatieve post wordt meestal niet gewaardeerd en we doen onze uiterste best om ons van de mooiste kant te laten zien.

In de wereld van God gaat het niet om onze resultaten of ons imago. Het gaat er niet om hoeveel Bijbelkennis we hebben. Het gaat er niet om hoeveel tijd wij besteden in Gods Koninkrijk. Het gaat erom of ons hart naar God uitgaat. Om ons antwoord op de vraag: houd jij van Mij? Dát is waar Jezus benieuwd naar is.

Tijdens de maaltijd herstelt Jezus Petrus in zijn bediening op basis van hun relatie. Vóór al het andere moet de liefde aanwezig zijn. Bij het eerste antwoord van Petrus krijgt hij de opdracht om lammetjes eten geven. Nou, dat kunnen we allemaal nog wel. Het voeden van afhankelijke dieren lijkt mij nog niet zo moeilijk.

Maar bij het tweede en derde antwoord wordt de opdracht serieuzer. Petrus moet als een herder voor schapen zorgen. En dat is niet eenvoudig. Ons beeld van een herder is vaak te romantisch. Schapen konden hun oriëntatie verliezen, ze konden van een rots te pletter vallen of door wilde beesten aangevallen worden. Het gevaar loerde aan alle kanten. In dit Bijbelgedeelte wordt de christelijke gemeente vergeleken met een kudde schapen. Petrus krijgt een taak toegewezen die zijn volledige aandacht en toewijding vraagt. En hij krijgt deze taak op basis van zijn liefde voor Zijn Meester.

We zien hier dat het voor Jezus niet belangrijk is welke resultaten wij boeken of welk imago wij hebben. Het gaat Hem erom dat wij Hem liefhebben. Dan wil Hij ons gebruiken in Zijn Koninkrijk.

Aan de slag!

Ben jij werkzaam in het Koninkrijk van God? Welke taken voer jij uit voor de gemeente waar je bij hoort? Hoe voer jij die taken uit? Ik doe ze met plezier en ook uit plichtsbesef. En ja, soms bid ik tijdens het uitvoeren van een taak of het gezegend mag worden. Maar niet eerder heb ik stilgestaan bij het feit dat we de taken in Gods Koninkrijk uit kunnen voeren, omdat we van God houden. Hoe is dat met jou? Zet jij je in omdat je van God houdt? Is dat de basis waarop jij je inzet? 

Download de dagtekst en deel ‘m op social media. Gebruik de hashtag #zijlacht, vinden we leuk!

Deel deze overdenking

  1. Thirza schreef:

    Mooi & Inspirerend. Bedankt Neeltje!

  2. Trijnet schreef:

    Heel erg bedank voor dit blog. Nu weet ik welk antwoord ik kan geven op een vraag die mij gesteld is.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

© 2023 Zij Lacht | Nederlands-Vlaams Bijbelgenootschap